“Met friends-contracten hebben wij lange tijd vrije sector huurwoningen verhuurd. Een heel sociale manier van verhuren is dat. Drie jonge mensen op een vierkamerwoning bijvoorbeeld. Met gemeenschappelijke woonkamer, toilet, doucheruimte én huurafrekening. Superefficiënt. En nauwelijks omkijken naar.
Helaas. Ook commerciële verhuurders begonnen gebruik te maken van die constructie. En misbruik. Peperdure hokkenverhuur, met burengerucht en geluidsoverlast tot gevolg. De gemeente greep in. Begrijpelijk. Maar pijnlijk. Voor veel mensen was dit een manier om een eerste voetje aan de grond te krijgen in Amsterdam. Na een tijdje stapte een van de friends weer op. Die had dan wat anders gevonden, voor zichzelf of met iemand anders. Een nieuwe kwam ervoor in de plaats. Dat regelde zichzelf meestal wel.  
Met die friends-contracten hebben we behoorlijk wat mensen een goed tijdelijk onderkomen kunnen geven. Ik zeg dus ja tegen de VVD, maar met een voorbehoud. Herintroduceer het vriendencontract alleen voor woningcorporaties. Wij hebben ogen en oren in de wijk. Wij zijn aanspreekbaar als het onverhoopt misgaat. Wij hebben bewezen goed met deze contractvorm om te gaan, als drupje smeerolie voor de vastgelopen woningmarkt.”