Er is een jaarlijkse overheidsbijdrage nodig van tussen de 3 en 5 miljard euro om de grote huisvestingsopgave in Nederland te realiseren. Dat schrijft Peter Boelhouwer, hoogleraar Huisvestingssystemen aan de TUDelft, in een essay dat hij op verzoek van Pieter Omtzigt heeft geschreven. Daarin geeft hij zijn visie op de achtergronden en oplossingen voor de wooncrisis. Hij benadrukt dat er geen simpele oplossingen voor handen zijn en dat de politiek een langjarig consistent beleid moet uitstippelen.
Uitgangspunten van zo'n beleid moeten volgens hem zijn een gelijke behandeling tussen huren en kopen (eigendomsneutraal woonbeleid), het afromen van waardeontwikkeling van grond bij bestemmingswijziging, een politiek vastgestelde normering voor betaalbaarheid voor lage inkomensgroepen en landelijke regie op ontwikkeling op de woningmarkt.
Boelhouwer benadrukt dat systeemhervormingen in de woningsector zeer geleidelijk moeten worden ingevoerd. Heel anders dan de laatste tien jaar: "Zo werd in het kabinet Rutte II onder leiding van minister Blok ingezet op een grote rol voor particuliere investeerders, een terugtredende overheid, het vergroten van de vrije huursector en een krimp van de sociale huursector. In het kabinet Rutte IV werd onder leiding van minister De Jonge een geheel andere koers ingeslagen; een sterker regierol van het Rijk, een versterking van de sociale huursector, regulering van de vrije-huursector en forse belastingen voor particuliere investeerders." Het resultaat is volgens hem desastreus: eerst is de investeringscapaciteit en zijn de mogelijkheden van corporaties uitgehold, terwijl nu investeerders de woningmarkt alweer de rug toekeren voordat de particuliere huursector goed op stoom is gekomen.
Boelhouwer benadrukt dat in het verleden grote huisvestingsopgaven zoals de wederopbouw, de bouw van groeikernen en de Vinex altijd financieel sterk door het Rijk zijn ondersteund. Dat is nu ook nodig: "Het is een idee-fixe te veronderstellen dat de eerste koper/gebruiker van een locatie de volledige kosten voor zijn rekening wil/kan nemen."
Het essay van 25 pagina's besteedt uitgebreid aandacht aan het woningtekort, de startersproblematiek, de ongunstige positie van middeninkomens, het gebrek aan voor ouderen geschikte woonvoorzieningen en de woonlastenproblematiek in de huursector.