Van een 'isolatieoffensief' tot het bouwen van een stad in de Oostvaardersplassen. Van een kooprecht voor sociale huurders tot een planbatenheffing voor projectontwikkelaars. NUL20 las de verkiezingsprogramma's en zette een aantal standpunten over bouwen en wonen op een rij.
Bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen in 2021 werd in menig verkiezingsprogramma gepleit de terugkeer van een woonminister. Het geloof dat 'de markt' alles wel zou kunnen oplossen was wel weggeëbd. Wonen werd weer volkshuisvesting. En volkshuisvesting is een publieke taak, alleen waren we dat in de neoliberale jaren even vergeten. Waar vervolgens Hugo de Jonge nog minister vóór volkshuisvesting werd, zonder eigen ministerie, lijkt nu de heroprichting van een ministerie van VROM aanstaande. Van links tot rechts willen partijen in ieder geval een stevige Rijksregie op woningbouw en ruimtelijke ordening. Wat opvalt in het verkiezingsprogramma van GroenLinks-PvdA: de toon is minder activistisch dan de programma's die deze partijen nog maar enkele jaren geleden afzonderlijk uitbrachten. Weinig 'huisjesmelkers', 'zakkenvullers' en de markt als bron van alle kwaad deze keer. Dat heeft ongetwijfeld te maken met de huidige financiële malaise in het vastgoed. Het kost moeite genoeg beleggers nog te interesseren voor woningbouwprojecten. Daarbij heeft het huidige demissionaire kabinet onder leiding van Hugo de Jonge al veel actiepunten uit vorige programma's opgevolgd in beleid, wetten, wetsvoorstellen en fondsen. Met als rode draad: minder markt, meer overheidsinterventie, meer bouwen en sturen op betaalbare woningbouw.
Grotere rol corporaties
Zeker nu de marktomstandigheden zijn verslechterd dichten partijen in het hele politieke spectrum woningcorporaties een prominente rol toe bij het oplossen van problemen in de woonsector. Of het nu om leefbaarheid gaat, verduurzaming, nieuwe woonzorgvormen of het bestrijden van de woningnood. De corporaties moeten in deze tijden zorgen dat er wordt doorgebouwd. NSC legt de lat gelijk maar hoog: ten minste 350.000 nieuwe woningen in zeven jaar, zowel sociale huur als middenhuur. Dat zijn er nog meer dan de al uiterst ambitieuze 300.000 woningen in de Nationale Prestatieafspraken die de woningcorporaties vorig jaar afspraken met het Rijk en de Woonbond.
Woningcorporaties krijgen een prominente rol toebedeeld bij het oplossen van problemen in de woonsector.
Een overgrote meerderheid wil dat corporaties meer middeldure huurwoningen gaan bouwen. GroenLinks-PvdA willen ook de inkomensgrenzen voor de sociale huur verhogen. De SP wil van woningcorporaties verenigingen maken, waar de huurders het voor het zeggen hebben.
Aan de Nationale Prestatieafspraken lijken weinig partijen te willen tornen. We zien vooral actiepunten om nog meer te doen. Corporaties moeten daarvoor voldoende financiële slagkracht houden, is de consensus. Zodat zij al die betaalbare woningen ook kunnen realiseren, hun bestaande woningen verbeteren, investeren in leefbaarheid én de huren matigen. Over leefbaarheid gesproken: GroenLinks-PvdA ziet een corporatietaak in het zorgen voor voldoende ontmoetingsplekken in de buurten waar zij actief zijn.
In de verkiezingsperiode van 2021 werd gepleit voor afschaffing van de verhuurderheffing. Dat is gelukt. Deze keer staat de snel oplopende winstbelasting die corporaties betalen ter discussie. De linkse partijen willen ervan af, het NSC wil ze verlagen of afschaffen Partijen als D66 stellen algemener dat corporaties voldoende financiële slagkracht moeten houden om alle opgaven te realiseren.
Bij de VVD blijft 'Iedereen een eigen huis' het ideaalbeeld. De VVD wil elke corporatiehuurder het recht geven de eigen sociale huurwoning te kopen.
Huurregulering
In grote lijnen neemt het woonprogramma van de VVD weinig afstand van het beleid van het huidige kabinet. Een uitzondering vormt het huidige wetsvoorstel voor regulering van de middenhuren. VVD heeft zijn handen daar van af getrokken. De BBB wil op zijn minst uitstel en meer partijen willen zekerheid dat deze wet niet leidt tot minder nieuwbouw omdat beleggers afhaken. Veel partijen - GroenLinks-PvdA, PVV, D66, PvdD, SP en CU - blijven voorstander van een op het puntenstelsel gebaseerde maximale huurprijs voor middenhuurwoningen. GroenLinks-PvdA willen huurregulering in alle prijsklassen. Verenigd Links wil ook een landelijke verhuurvergunning om te borgen dat huurders fatsoenlijk worden behandeld.
Sneller bouwen, doorbouwen
Er is geen partij die de woningbouw niet wil versnellen. Maar hoe dan? Vaak genoemd worden stimuleringsmaatregelen genoemd via bestaande en nieuwe fondsen, gunstige leningen en garanties. En natuurlijk wordt gewezen op de stroperige procedures in Nederland. Bezwaarprocedures moeten daarom voorrang krijgen bij de Raad van State, zegt BBB. Maak verkorte bezwaarprocedures en strikte termijnen voor bezwaar en beroep, stelt NSC. CDA en NSC willen niet-vrijblijvende taakstellingen voor provincies en regio's. BBB presenteert in zijn verkiezingsprogramma ook voorstellen om de bouw van een extra woning op een erf te vereenvoudigen. En voor de PVV kunnen ook alle belemmerende stikstofregels direct geschrapt.
De Partij voor de Dieren weet via een andere weg wel raad met stikstofbeperkingen en ruimtegebrek: gewoon de veestapel drastisch inkrimpen.
Naast de rechtse partijen wijst de NSC op die andere oorzaak van de woningnood: het hoge migratiesaldo. De partij van Omtzigt wil een duidelijke grens: max. 50.000 inwoners erbij jaarlijks.
Bouwlocaties
In de bouwsector woedt een langdurige discussie over binnenstedelijk dan wel buitenstedelijk bouwen. Een bescheiden weerslag daarvan we terug in de verkiezingsprogramma's.
Het 'straatje erbij', een begrip gemunt door het EIB, heeft school gemaakt. Bijvoorbeeld bij het CDA: "Provincies mogen dorpen niet langer in de weg zitten om voor de eigen inwoners bij te bouwen." Ook de PvdD is niet tegen: "Daar waar dat de natuur niet schaadt, kan agrarische bebouwing omgezet worden in woningen."
Zo wil het CDA een nationaal plan voor de bouw van knarrenhofjes
Dit alles neemt niet weg dat de meeste partijen de lijn steunen om het platteland vrij te houden en in hoofdzaak in te zetten op binnenstedelijke bouw, al is dat voor partijen als NSC en CDA niet vanzelfsprekend in de Randstad. VVD lijkt samen met PVV de meest uitgesproken voorstander van bouwen in buitengebieden. BBB aarzelt: het moet niet ten koste gaan van agrarische grond. Dan liever in het droge gebied van de Oostvaardersplassen. In dat natuurgebied ziet de BBB ruimte voor 100.000 extra woningen.
Onder andere D66 en CDA vragen aandacht voor het beter benutten van bestaande gebouwen. Dan gaat het niet alleen om kantoortransformatie. Denk hierbij ook aan optoppen, aanplakken en splitsen van grondgebonden woningen en het aanbieden van samenhuurcontracten in de vrije sector.
Duurzaam, circulair en biobased
Veel partijen benadrukken het belang van woningisolatie en verduurzaming. Ook 'biobased' bouwen is binnengedrongen in veel programma's. Van links tot rechts worden voordelen benoemd: van een lagere stikstof- en CO2-voetafdruk tot een nieuw verdienmodel van boeren. Om een continue productie- en afnamestroom op te zetten wil GroenLinks-PvdA zelfs een Nationaal Isolatie-inkoopbedrijf opzetten.
Wonen en Zorg / wooncoöperaties
De wooncoöperatie heeft de wind in de rug. Onder ander D66 wil dat startende wooncoöperatie meer ondersteuning moeten krijgen, bijvoorbeeld door Nederlandse banken en woningcorporaties. Ook NSC en CDA willen een deel van de bouwproductie bestemmen voor collectieve vormen, zeker ook voor senioren.
Zo wil het CDA een nationaal plan voor de bouw van knarrenhofjes als opvolger van het bejaardentehuis. Veel partijen willen overigens een bredere variëteit aan woningtypen bouw: voor woonvormen met wonen én zorg, voor meergeneratiewonen én voor wooncoöperaties.
Grondbeleid
NSC wil expliciet grondspeculatie tegengaan met een gemeentelijke heffing op de gestegen grondwaarde. Dat wil ook GroenLinks-PvdA: een planbatenheffing moet ervoor zorgen dat waardestijging die een gevolg is van publieke investeringen ook ten goede komt aan de samenleving. En eigenaren van bouwgronden kunnen bij Verenigd Links heffingen, boetes en uiteindelijk onteigening tegemoet zien als ze niet bouwen. De linkse combi wil bovendien een Nationale Grondbank oprichten, waarmee lokale en regionale overheden eenvoudiger grond zouden kunnen aankopen. Terug naar een actief grondbeleid kortom.