De tarieven van WoningNet worden op korte termijn niet verlaagd. Politici verenigd in de Regioraad van de Stadsregio Amsterdam hadden de corporaties per motie opgeroepen de inschrijfkosten te verlagen. De corporaties staan pas open voor lagere tarieven wanneer WoningNet kostendekkend werkt.
Per 1 juli vervalt het woonduurcriterium. Iedereen die in de toekomst in aanmerking wil komen voor een sociale huurwoning, kan zich daarom maar het beste inschrijven bij WoningNet. De opgebouwde woonduur wordt tot 1 juli automatisch omgezet in inschrijfduur. Maar dat kost wel wat: 50 euro inschrijfkosten en jaarlijks 10 euro verlengingskosten. Dat leidt tot extra kosten bij deze nieuwe groep 'woningzoekenden'. Omdat bovendien het aantal ingeschrevenen van WoningNet vermoedelijk flink gaat stijgen, meent de Regioraad dat de corporaties het tarief wel kunnen verlagen.
Maar daar zien de corporaties, de aandeelhouders van WoningNet, voorlopig geen aanleiding toe, aldus woordvoerder Janita Zandijk van de AFWC. Volgens haar valt ook niet te voorspellen hoeveel mensen zich gaan inschrijven. "We weten het gewoon niet." Het kost volgens haar anderzijds veel geld om alle wetswijzigingen in het systeem onder te brengen. Volgens Zandijk zullen de corporaties in een later stadium de financiële balans opmaken. Maar in ieder geval niet voor 1 juli.
De inschrijfkosten bij WoningNet variëren per regio. Die in de Stadsregio Amsterdam zijn het hoogste, zo blijkt uit onderzoek van NUL20. Maar wat de verlengingskosten betreft zit de regio dan weer aan de lage kant. De WoningNet-systemen variëren per regio in complexiteit, afhankelijk van de maatwerkregelingen die erin geprogrammeerd worden. Dat verklaart voor een deel de tariefverschillen. Bovendien draaien in sommige regio's - anders dan in de Stadsregio Amsterdam - niet alleen de corporaties maar ook de gemeenten op voor de kosten.