Het maatschappelijke verlangen om de bestaande corporatievoorraad te beschermen heeft het afgelegd tegen de politieke wens zoveel mogelijk nieuwe sociale huurwoningen te bouwen. Zo concludeerden leden van de PvdA donderdag tijdens een debatavond over de eerder deze week gepubliceerde Prestatieafspraken. Zij zijn op zijn allerzachtst gezegd niet blij met de mogelijke verkoop van ruim drieduizend corporatiewoningen de komende vier jaar.
De verkoop van zoveel corporatiewoningen is niet terug te vinden in het onderhandelakkoord ‘Samen werken aan de volkshuisvesting’; wel blijken die cijfers de onderhandelingen tussen gemeente, corporaties en huurdersorganisaties de afgelopen maanden in hoge mate te hebben bepaald. Een extern bureau vervaardigde een minutieuze analyse van de financiële draagkracht van de negen Amsterdamse corporaties. De uitkomsten, de cijfers zijn wel naar de gemeenteraad zijn gestuurd, liegen er niet om. Om de komende vier jaar 1.900 tot 2.500 nieuwe woningen per jaar te kunnen bouwen, is verkoop noodzakelijk van ruim 3.100 corporatiewoningen.
Grootscheepse woningverkopen
In negen buurten waar de beleidsafspraak geldt dat er niet wordt verkocht, tenzij er zwaarwegende volkshuisvestelijke redenen zijn, is tot en met 2027 toch nog de verkoop van bijna zevenhonderd woningen aan de orde. Bijvoorbeeld in Amsterdam Zuid, een stadsdeel met heel weinig sociale huur waar verkoop volgens de afspraken zoveel als mogelijk moet worden voorkomen, zullen 350 corporatiewoningen van de hand worden gedaan. In vijftien buurten met meer dan 30 procent aan sociale huur zullen naar verwachting meer dan 2.400 sociale huurwoningen in de verkoop gaan. Zo gaan in stadsdeel Oost, IJburg en Zeeburgereiland uitgezonderd, meer dan zeshonderd sociale huurwoningen in de verkoop. Amsterdam Zuidoost kan verkoop tegemoet zien van een kleine 450 sociale huurwoningen in bezit van corporaties.
Huurders, actievoerders, en partijprominenten toonden tijdens de bijeenkomst van de Werkgroep Stedelijke Ontwikkeling van de PvdA weinig begrip voor deze uitkomst. “Het is onlogisch dat we woningen verkopen, terwijl we juist zo zuinig moeten zijn op onze voorraad”, aldus één van hen. Zij maakte een verwijzing naar de gemeente Utrecht, waar wel een verkoopverbod is doorgevoerd. Evert Bartlema, bestuursvoorzitter van !Woon, - sprekend op persoonlijke titel - verwoordde het als volgt. “De gemaakte afspraken bieden veel ruimte voor verkoop en er zijn weinig afspraken gemaakt over betaalbaarheid. Ook de afspraken over verduurzaming van de bestaande voorraad zijn niet wereldschokkend. Dat had strakker gekund, maar dat gaat dan wel ten koste van nieuwbouw.”
Extra maatschappelijke bijdrage
Wethouder Reinier van Dantzig van stedelijke ontwikkeling, woningbouw en bij afwezigheid van wethouder Pels ook verantwoordelijk voor volkshuisvesting, leefde mee met de criticasters. “We hadden graag alleen onderhandeld over volkshuisvesting en verduurzaming, maar feitelijk hebben we het vooral over geld gehad. Het is ruk, maar zonder woningverkopen lukt het onze corporaties niet voldoende nieuwe woningen bij te bouwen. En dat valt alleen te keren, als er op een andere manier een maatschappelijke bijdrage wordt geleverd. Door het Rijk.”
Koen Westhoff, directeur van de Alliantie in de regio Amsterdam, benadrukte nog eens dat ook zijn corporatie niet anders kan. Een alternatief ontbreekt, simpelweg omdat zijn corporatie het leningplafond (3,5 miljard euro) bereikt. “Als we willen bijbouwen, dan moeten we ook woningen verkopen. Ook in Zuid. Het is niet anders, want daar hebben we nou eenmaal bezit.” Wel verandert er de komende tijd iets. De Alliantie zal in een schaarstegebied als Zuid vanaf dit jaar geen benedenwoningen meer verkopen. Juist tegen de verkoop van dergelijke woningen werd de afgelopen tijd veelvuldig geprotesteerd, omdat het voor oudere, minder mobiele bewoners belangrijk is naar een benedenwoning te kunnen verhuizen.
Effect liberalisatie
Tweede steen des aanstoots betreft de liberalisatie van sociale huur naar voornamelijk het middensegment. Ook daarover ontbreekt het aan heldere afspraken. Voormalig PvdA-raadslid Bouwe Olij verwacht dat daardoor nog eens tweeduizend huurwoningen uit het gereguleerde segment verdwijnen. “Als we sloop van verouderd bezit, massale verkopen en liberalisatie bij elkaar optellen, dan is het mij niet duidelijk in welke mate de corporatievoorraad nog zal groeien.”
Het irriteerde de aanwezigen ook dat de prestatieafspraken onvoldoende compleet zijn. Het ontbreekt aan duidelijke afspraken over het beschermen van ouderenwoningen. Evenmin komen de financiële gevolgen van de introductie van stadsverwarming aan de orde; in Zuidoost zien huurders in complexen met blokverwarming bij de overgang naar stadswarmte de energiekosten extreem stijgen. En zo merkte Lex Scholten, oud-wethouder in Diemen op. In de Amsterdamse prestatieafspraken wordt geen relatie gelegd met de ontwikkeling van de corporatievoorraad in de regio. [Bert Pots]