Volgens de Commissie Toekomst Zorg Thuiswonende Ouderen moeten er veel meer woonvoorzieningen komen tussen het aloude eigen huis en het verpleeghuis in. Een goede woonomgeving is voor ouderen cruciaal om zelfstandig te kunnen (blijven) wonen en zo min mogelijk afhankelijk te worden van zorg. Ga (ver)bouwen is een van de drie centrale adviezen van de commissie. De nadruk op 'langer thuis wonen' heeft volgens commissievoorzitter Wouter Bos tot de misvatting geleid dat dit ook het aloude eigen huis moet zijn. Met als gevolg niet alleen een tekortschietend woningaanbod voor ouderen, maar ook minder doorstroming op de woningmarkt. Corporaties moeten volgens de commissie meer ruimte krijgen om ook voor dergelijke nieuwe woonvormen te zorgen. Daartoe moeten inkomensnormen minder rigide worden gehanteerd en moet nieuwbouw van deze collectieve woonvormen worden vrijgesteld van de verhuurderheffing. "We moeten de corporaties nieuw leven inblazen", zei Bos in het radioprogramma Met het oog op Morgen.
Hoe is de zorg voor thuiswonende ouderen in de toekomst op peil te houden? Dat was de vraag die de commissie Bos in het rapport 'Oud en zelfstandig in 2030 - een reisadvies' wil beantwoorden. De regie van ouderen zelf over hun ‘derde levensfase’ staat voor de commissie centraal. Het rapport is een pleidooi voor vergroting van het vermogen van ouderen om voor zichzelf en voor elkaar te zorgen én voor de vanzelfsprekende inzet van digitale middelen.
Zelfstandigheid tot op hoge leeftijd hoeft niet altijd te betekenen dat iedereen ‘langer thuis’ blijft. Herwaardering van collectieve en semi-collectieve (of semi-zelfstandige) woonvormen voor ouderen is volgens de commissie geboden.
De commissie is kritisch over marktwerking in de zorg. Ze bepleit dat lokale en regionale instanties meer gaan samenwerken om de schaarse middelen doelmatig te kunnen inzetten. "Dat is belangrijker dan keuzevrijheid en concurrentie." De commissie constateert dat het aanbod aan thuiszorg is versnipperd en dat er sowieso een enorme hoeveelheid partijen op een of andere manier verantwoordelijk is voor het welzijn van ouderen. Dat maakt goede zorg onnodig slecht te organiseren. De betaalbaarheid van langdurige zorg is daarbij een groeiend probleem door de toenemende vergrijzing.