Huurders die in 2018 met succes bezwaar maakten tegen de hoogte van hun aanvangshuur kregen gemiddeld 270 euro huurverlaging. Dat meldt de Woonbond. Huurders die ten onrechte een ‘vrije sector’ huurprijs - meer dan 711 euro - betaalden, kregen gemiddeld zelfs 355 euro huurverlaging. In 42 procent van de gevallen leverde een bezwaarprocedure bij de Huurcommissie overigens niets op.
De Woonbond onderzocht de uitspraken van de huurcommissie rond bezwaren tegen aanvangshuren. Vergeleken met 2017 kregen huurders vorig jaar minder vaak gelijk. In 2018 was dit slechts in 58 procent van de uitspraken het geval, in 2017 nog in bijna driekwart van de gevallen (74%). Ook kelderde het aantal uitspraken. Dat past in de neergaande trend sinds 2015. Dat komt volgens de Woonbond deels doordat steeds minder huurwoningen beschermd worden door het puntenstelsel en doordat de maximale huurprijs op veel plekken enorm gestegen is. De Woonbond roept nieuwe huurders op altijd te controleren of ze niet meer betalen dan is toegestaan. Dat kan op de website van de Huurcommissie. Nieuwe huurders moeten dat overigens wel binnen een half jaar doen.
De Woonbond pleit ervoor de WOZ-waarde weer uit de berekening van de maximale huurprijs te halen. Sinds 2015 telt de WOZ-waarde mee. Vanwege de enorme stijging van de WOZ-waarden in populaire woningmarktregio’s liggen die maximale huurprijzen daardoor erg hoog. Huurders zullen daardoor minder vaak succesvol de huur kunnen verlagen. Bovendien kunnen veel woningen geliberaliseerd worden. En voor de vrijehuursector bestaat helemaal geen huurprijsbescherming. Woonbonddirecteur Paulus Jansen: ‘Huurders in de vrije sector zijn vogelvrij verklaard. Zij hebben geen enkele bescherming tegen woekerprijzen.’
De Woonbond pleit ervoor de WOZ-waarde weer uit de berekening van de maximale huurprijs te halen. Daarnaast wil de Woonbond dat vrijesectorhuurders ook huurprijsbescherming krijgen, bijvoorbeeld door de bescherming van het puntenstelsel door te laten lopen.