De gemeente Amsterdam maakt in de strijd tegen de wooncrisis een einde aan allerlei extra bouweisen. Zo blijkt uit het door D66-wethouder Reinier van Dantzig gepresenteerde Woningbouwplan 2022-2028. ‘Gewoon goed’ is voortaan het motto. Daarbij streeft de gemeente onverminderd naar de bouw van 7.500 nieuwe woningen per jaar.
“Het bouwen van woningen wordt steeds complexer, ook omdat de verdichting van de stad steeds meer plaatsvindt in transformatiegebieden en in bestaande wijken”, aldus de wethouder. Bovendien is het economisch een roerige tijd. Van Dantzig waarschuwt al langer voor afnemende bouwproductie. “Bij ieder project komt het aan op inzet, behendigheid en een flinke dosis doorzettingsvermogen. We hebben het meest aan woningen die daadwerkelijk worden gebouwd, daarom is het ontzettend belangrijk dat de gemeente zich flexibel opstelt.”
Tegelijkertijd is er volgens hem reden voor optimisme. “Amsterdam blijft een aantrekkelijke stad. Niet alleen de gemeente, ook ontwikkelaars, investeerders en woningbouwcorporaties hebben een passie voor Amsterdam. Geen van allen geeft snel op. Woningbouwprojecten vertragen, soms fors, maar zijn nog niet volledig tot stilstand gekomen.”
Versnellen en versimpelen
In het Woningbouwplan 2022-2028 wordt nadrukkelijk gekozen voor ‘versnellen en versimpelen’. Behalve op gebied van hemelwaterafvoer gelden er niet langer bovenwettelijke eisen. Extra duurzaam bouwen is voortaan een zaak van vrijwilligheid. Verder kondigt Van Dantzig aan tenders te versimpelen en de samenwerking met marktpartijen te willen versterken, zodat er vaker modulair, lees goedkoper, wordt gebouwd en specifieke doelgroepen als ouderen beter worden bediend.
Gedifferentieerd bouwen
Ook wil Van Dantzig iets doen aan het tekort aan betaalbare koop- en huurwoningen van enig formaat. In Amsterdam is de afgelopen jaren de gemiddelde grootte van nieuwbouwwoningen gedaald naar 60 m2. Grotere woningen worden nagenoeg alleen in de dure huur- en koopsector gebouwd. Om de bouw in een goede mix te bevorderen, moet volgens hem vooral in transformatiegebieden gedifferentieerder worden gebouwd. De transformatie-impuls voor betaalbare woningbouw in transformatieprojecten wordt verlengd. Ook wil hij de mogelijkheden voor de bouw van sociale koopwoningen verder verkennen. De grens van sociale koop gaat omhoog van 324.000 euro naar 355.000 euro in 2023.
Jaarlijks 7.500 woningen
Voor wat betreft de productie jaarlijks van 7.500 woningen zet Van Dantzig de lijn van zijn voorgangers voort. “Deze woningen zijn keihard nodig. Want Amsterdam groeit sinds 2012 met gemiddeld tienduizend mensen per jaar. Al deze nieuwe bewoners zoeken een woning en dit zorgt ervoor dat de woningmarkt nog verder onder druk komt te staan.” Om die jaarlijkse productie op peil te houden en het Vereveningsfonds daarbij gezond te houden, wordt er onderzoek gedaan naar meer verdienpotentieel. Wel matigt de gemeente voor dit jaar de stijging van de grondprijzen tot vijf procent. Ook verlangt de gemeente steun van minister Hugo de Jonge; het Rijk moet structureel met extra middelen bijspringen.
Van Dantzig wil niet tornen aan de ongedeelde stad. Het woningbouwprogramma houdt als uitgangspunt 40 procent sociale woningbouw, 40 procent in het middensegment, inclusief sociale koop en 20 procent dure huur- en koopwoningen. We kan daar in bepaalde gebieden van worden afgeweken. Als corporaties in transformatieprojecten minder sociale huurwoningen bouwen, dan hoeven zij dat niet elders te compenseren.
Extra planvoorraad
Aan voldoende planvoorraad ontbreekt het volgens Van Dantzig nog niet. Voor de komende drie jaar zijn er plannen voor de bouw van 59.000 woningen. Voor de periode 2026-2028 komt de gemeente uit op een planvoorraad van minder dan 15.000 woningen en is aanvulling wel nodig. De benodigde extra bouwlocaties worden meegenomen in de nieuwe gemeentelijke Ontwikkelstrategie.