Amsterdam beperkt huisvestingsvergunning
update, 14 juli 2011
In het collegebesluit over de ‘Nieuwe Amsterdamse Woonruimteverdeling’ doet wethouder Freek Ossel (Wonen) vijf voorstellen om het huidige stelsel te wijzigen. Een opvallend voornemen is het domein van de huidige huisvestingsvergunning voor goedkope huurwoningen sterk te verkleinen. Ook wordt geschrapt in het aantal urgentiecategorieën. Met de corporaties wordt een nieuw verdeelmodel ontwikkeld om verschillende typen woningzoekenden beter te bedienen. Daarin gaat ook loten een rol spelen.
Het meest opvallende collegebesluit is het beperken van de huisvestingsvergunning. Die is nu verplicht voor huurwoningen tot 554 euro (121 punten); huurders voor deze categorie woningen moeten aan allerlei voorwaarden voldoen. Die zogeheten 'passendheidscriteria' - binding aan Amsterdam, grootte van de woning in relatie tot grootte huishouden - vervallen grotendeels. Alleen een inkomensgrens blijft bestaan.
Corporaties hoeven geen huisvestingsvergunning meer aan te vragen voor nieuwe huurders. Dat zal in de praktijk geen verschil maken, omdat zij wettelijk verplicht zijn 90 procent van hun woningen aan lage inkomens te verhuren en hun woningen aanbieden conform regionale afspraken.
Particuliere verhuurders kunnen straks hun goedkope huurwoningen met veel minder restricties verhuren. Er blijft alleen een inkomenseis bestaan aan huurwoningen tot 554 euro (of 121 punten). Om voor zo'n huurwoning in aanmerking te komen, mag een huurder niet meer dan 38.150 euro verdienen. Particuliere verhuurders moeten voor deze categorie woningen nog wel steeds een huisvestingsvergunning aanvragen, tenzij ze bereid zijn afspraken te maken met de gemeente over een eerlijk en transparant systeem van verdeling: "Het moet duidelijk zijn hoe zij de huurwoningen verdelen, woningzoekenden moeten inzicht hebben in de manier van toewijzen en er moet een klachtenregeling zijn."
Volgens directeur Hein Bos van Vastgoedbelang zijn dergelijke afspraken wel mogelijk een deel van de particuliere verhuurders. Er wordt nagedacht over een uniforme wijze van aanbieding via een gezamenlijke website. Bos: "maar veel zal afhangen van de details, dus welke eisen de gemeente stelt aan zo'n transparant systeem." Hij wijst er op dat in de nieuwe Huisvestingswet ook maatregelen worden voorgesteld om de transparantie van de verhuur te vergroten. Dat zou volgens hem op elkaar moeten aansluiten. "Maar ik kan me voorstellen dat de gemeente daar niet op wil wachten."
Minder urgenten
Verder wordt het aantal doelgroepen dat met voorrang een woning krijgt, kleiner. De criteria voor toelating en toewijzing worden aangepast. Corporaties reserveren nu elk jaar ongeveer 40 procent van hun vrijkomende huurwoningen voor voorrangsgroepen. Het college wil het aantal voorrangsdoelgroepen verminderen, zodat het woningaanbod voor reguliere woningzoekenden stijgt van 60 naar 70 procent.
Verder komen er nieuwe verdeelvormen waarbij meer kan worden ingespeeld op de behoeften van de woningzoeker. Degenen die haast hebben, kunnen straks als 'spoedzoeker' via loting gaan meedingen naar een woning. Daar staat tegenover dat meeloters maximaal drie keer een woning mogen weigeren.
Daarnaast blijft het principe van de inschrijfduur bestaan voor degenen die bereid zijn lang te wachten op een betere woning. Huurders bouwen na verhuizing niet automatisch meer 'woonduur' op; ze moeten zich bewust opnieuw inschrijven bij WoningNet.
Tot slot zal de handhaving op misbruik van woningen en huurders zich meer gaan richten op de bestrijding van excessen en de aanpak van leegstand.
Deze aanpassingen moeten leiden tot een structurele bezuiniging van ruim 2,5 miljoen euro, oftewel zo’n 33 arbeidsplaatsen, een kwart van de ambtelijke capaciteit voor woonruimteverdeling.
Zie ook:
Gemeente Amsterdam: voorstel nieuwe woonruimteverdeling (juli 2011)
Woonruimteverdeling op de schop (NUL20, mei 2011)