Woonbond roept op tot boycot van antikraakbureaus
De Woonbond roept verhuurders in een brief op om geen gebruik te maken van antikraakbureaus en zo het ontstaan van een categorie ‘B huurders’ te voorkomen. Ook bij de landelijke overheid heeft de Woonbond er op aangedrongen de omzeiling van de huurbescherming met de privaatrechtelijke ‘bruikleenovereenkomst voor woonruimte’ waar antikraakbureaus mee werken, onmogelijk te maken.
In een brief aan alle woningcorporaties en grote commerciële verhuurders schrijft Woonbonddirecteur Ronald Paping dat de wetgever met de mogelijkheid van de privaatrechtelijke ‘bruikleenovereenkomst voor woonruimte’ nooit het huidige wijdverbreide systeem van antikraak heeft willen creëren. Paping stelt dat tijdelijke verhuur soms noodzakelijk is, maar dat daarvoor de wettelijke mogelijkheden in het kader van de Leegstandswet volstaan. Alleen door van die mogelijkheden gebruik te maken worden ook (tijdelijke) huurinkomsten gegenereerd die volkshuisvestelijk besteed kunnen worden.
De Woonbond maakt zich ernstig zorgen over het fenomeen antikraak. Voor de bewaking van tijdelijk leegstaande panden en woningen vragen antikraakbureaus forse tegenprestaties in de vorm van geld en/of diensten. De antikraakbewoners, vaak jonge woningzoekenden, wordt voorgespiegeld dat zij ‘goedkoop en avontuurlijk’ wonen, maar in de praktijk is antikraak volgend De Woonbond een vrijwel rechteloze woonvorm. In regio’s met schaarste hebben jongeren weinig andere keus dat de opgelegde voorwaarden te accepteren.
Omzeilen regelingen
De Woonbond schat dat er al 40 tot 60.000 antikraakbewoners zijn en dat dit aantal de laatste tijd sterk toeneemt. Onder andere omdat de wettelijke regelingen in herstructureringsprojecten rond tijdelijke verhuur steeds vaker worden omzeild. Bovendien schuift de wet Kraken en Leegstand, sinds 1 oktober van kracht, antikraak naar voren als goede oplossing voor leegstand. De Woonbond vindt dat onbegrijpelijk, gezien het feit dat er in de antikraaksector sprake is van structurele misstanden en er over de rechtspositie van antikrakers veel onduidelijkheid bestaat.
De niet-gespecificeerde ‘bruikleenvergoedingen’ die antikraakbureaus vragen, lopen op tot boven de 200 euro per maand (vaak exclusief de kosten van gas, water en licht).
Volgens de Woonbond moeten deze betalingen –naast de vaak verplichte corveewerkzaamheden– feitelijk als huur worden aangemerkt.
Het zelfregulerende keurmerk waar de antikraakbranche in juli 2010 mee kwam, bestendigt volgens de Woonbond slechts de huidige gang van zaken in de antikraaksector en daarmee de rechteloze positie van kraakwachten