Op 15 maart tekenen minister Hugo de Jonge (BZK), de provincies Noord-Holland en Flevoland en de samenwerkende gemeenten binnen de Metropoolregio Amsterdam (MRA) de 'Woondeal', een programma om het woningtekort in de regio terug te dringen. De verzamelde woningcorporaties uit de MRA laten weten dat hun handtekening ontbreekt onder deze deal. Zij ondersteunen de intenties, maar vinden de plannen 'veel te zacht' en missen voldoende concrete locaties om de gewenste aantallen woningen te bouwen.
Minister Hugo de Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening wil met alle twaalf provincies woningbouwafspraken maken. Per provincie of regio wil de minister vastleggen hoeveel nieuwe woningen er worden gebouwd tot en met 2030. De afspraken tellen op tot de veel aangehaalde 900.000 nieuwe woningen, waarvan er twee op drie in de categorie betaalbaar moeten vallen. De Metropoolregio Amsterdam staat op de rol voor 170.000 woningen voor de periode 2022-2030. De woningcorporaties zeggen potentieel in staat te zijn een kleine 80.000 woningen te bouwen, waarvan 72.000 sociale huur en 7.000 middeldure huurwoningen.
De minister heeft inmiddels al een flink aantal van deze regionale woondeals getekend. Het gaat daarbij in de eerste plaats om bestuurlijke afspraken tussen rijk, provincie en gemeenten. Maar de woningbouwcorporaties zijn wel een cruciale factor bij het realiseren van het aandeel betaalbare woningen. De woningcorporaties in het MRA-gebied - dat loopt van IJmuiden tot Lelystad - steunen de intentie van de woondeal, maar vinden de plannen nog boterzacht. In hun 'aanmoedingsbrief' stellen zij eerst van gemeenten en provincies te willen horen waar zij binnen de gestelde termijn hun woningen kunnen bouwen, aldus directeur Anne-Jo Visser van het AFWC. "Een aantal zaken zal daarom op korte termijn moeten worden aangescherpt. Zoals het maken van harde afspraken over het minimale percentage van 30 procent sociale huur per gemeente."
Ook missen de corporaties zicht op acties van de provincies om stikstofruimte voor nieuwbouw te creëren. De corporaties roepen de provincies Noord-Holland en Flevoland op hierin hun rol te pakken, samen met het Rijk.
Concrete locaties
De corporaties willen meer toegang tot locaties die weinig belemmeringen kennen, waar veel betaalbare woningen zijn gepland en die op korte termijn gerealiseerd kunnen worden. Die zijn er wel. Ze noemen als voorbeelden de Westflank Haarlemmermeer, Almere Poort, Deelgebied Robin in het centrum van IJmuiden, Crailo in het Gooi en Oostflank Purmerend.
De corporaties willen ook bij kleinere gemeenten een voet tussen de deur. Die zijn in hun ogen onmisbaar om voldoende betaalbare woningen te realiseren. Ze zijn er voorstander van om per subregio een samenwerkingstafel te formeren met vertegenwoordigers van markt, corporaties, provincie en het ministerie van BZK. Deze tafel moet de vorderingen van de belangrijkste projecten bewaken.