update 09 juni
Als het aan Aedes en de Woonbond ligt komt er vanaf 2016 een huursombenadering met een beperkte jaarlijkse huurstijging van maximaal 1 procent boven inflatie, inclusief huurverhoging bij huurderswisseling. Dat staat in het 'sociaal huurakkoord' dat beide partijen hebben gesloten. Minister Blok komt na de zomer met een voorstel voor wijziging van het huidige systeem van inkomensafhankelijke huurverhogingen.
Aedes en de Woonbond willen de jaarlijkse huurstijging beperken en de huurprijs sterker koppelen aan de kwaliteit van de woning. Huurverhoging is dan niet meer afhankelijk van het inkomen van de huurder. Oproep aan het kabinet is de verhuurdersheffing af te schaffen en niet te morrelen aan de huurtoeslag. "Huurders en corporaties geven de politiek een duidelijk signaal over het huurbeleid", aldus Aedes-voorzitter Marc Calon. "Van het kabinet verwachten wij wel dat de verhuurdersheffing in de toekomst van tafel gaat. Alles in het belang van een goede sociale huursector, die onmisbaar is in de Nederlandse samenleving.’ Het akkoord is volgens Ronald Paping, directeur van de Woonbond "een goede stap om de enorme huurstijgingen van de afgelopen jaren in te dammen."
Minister Blok werkt momenteel aan een nieuwe benadering van de jaarlijkse huurverhogingen, gebaseerd op een jaarlijkse stijging van de totale huursom, in plaats van een vast maximumpercentage voor de individuele huren. Aedes en de Woonbond vinden – evenals het kabinet – dat de huur meer moet worden gebaseerd op de kwaliteit van de woning. Binnen de huursombenadering kan daarom bij huurwoningen met een relatief lage huur de huur wat meer stijgen dan bij woningen die al een relatief hoge huur hebben. Zij stellen voor bij woningen met een huur boven 80 procent van de maximale prijs de huur met maximaal het inflatiepercentage te laten stijgen en bij woningen met een lagere huur de huur met maximaal inflatie plus 2,5 procent te verhogen. Zo groeien de huren van starters en bestaande huurders op termijn dichter naar elkaar toe. De huurstijgingen bij het wisselen van huurders vallen namelijk binnen de overeengekomen stijging van de totale huursom. Huurstijgingen als gevolg van verbeteren en verduurzamen van woningen vallen niet onder de maximale stijging van de huursom.
Aedes en de Woonbond willen de mogelijkheid openhouden dat lokaal tijdelijk wordt afgeweken van deze landelijke regels, als partijen dat via lokale prestatieafspraken overeenkomen. De organisaties doen de aanbeveling de voorraad sociale huurwoningen landelijk op peil te houden. Ook daar zou regionaal van afgeweken moeten kunnen worden.
De vereniging van institutionele beleggers IVBN ziet het akkoord totaal niet zitten. Mocht dat akkoord door beide achterbannen worden goedgekeurd én door de politiek worden overgenomen, dan heeft dat volgens de IVBN dat grote negatieve consequenties voor commerciële en particuliere verhuurders van gereguleerde huurwoningen. "Het effect zal namelijk zijn dat de huur vanaf 1 juli 2016 in reële termen met niet meer dan hooguit 1% omhoog kan. Indien (onverhoopt) dezelfde regels gaan gelden als Aedes nu met de Woonbond is overeengekomen, dan zullen commerciële verhuurders van veel gereguleerde huurwoningen, die al tussen de 80% en 100% van de maximale huur worden verhuurd, zelfs helemaal géén reële huurverhoging kunnen doorvoeren. Dat zou desastreus zijn voor de rendementen en de cashflow van gereguleerde huurwoningen van beleggers," aldus de IVBN in een persverklaring. "Ook buitenlandse beleggers die geïnvesteerd hebben in gereguleerd corporatiebezit worden ernstig getroffen en dat is zeer ongunstig voor het Nederlandse investeringsklimaat. Een dergelijk huurverhogingssysteem is dan ook absoluut niet acceptabel."