(foto: Jan Voermanstraat, door: Suzanne Blanchard)
Komende zomer zijn de Knijtijzerpanden in Amsterdam Nieuw-West allemaal weer in oude luister hersteld. Dat zei René Grotendorst, bestuursvoorzitter van Rochdale, bij de oplevering van het eerste van de acht woonblokken waaruit het wederopbouwcomplex bestaat. In totaal gaat het om 362 woningen, acht bedrijfsruimtes en veertig garages die omsloten worden door de Jan Evertsenstraat, Jan Voermanstraat en Derkinderenstraat.
Grotendorst noemt de aanpak van het complex 'een eenvoudige renovatie' waardoor de gebouwen naar verwachting twintig jaar meekunnen. "Dan moeten ze misschien wat ingrijpender aangepakt worden, maar de funderingen zijn nog goed. Gebouwen die niet op instorten staan, slopen wij niet meer, maar knappen we op." Dat is bovendien goedkoper, rekent Grotendorst voor. "We investeren nu 25 duizend euro per woning. Als je sloopt, dan ben je per woning al 20 duizend euro kwijt voordat je begint met bouwen. Bovendien gaat de huur dan flink omhoog. Deze appartementen blijven nu betaalbaar." Jarenlang stonden de woningen die in 1959 en 1960 zijn opgeleverd op de nominatie om gesloopt te worden door het inmiddels opgedoekte Far West. Toen de panden, ontworpen door architect Herman Knijtijzer, overgingen naar Rochdale is direct besloten om ze te behouden en zijn ze op verzoek van erfgoedbeschermers tot gemeentelijk monument verklaard.
De Knijtijzerpanden zijn om verschillende redenen uniek. Niet alleen vanwege de zo goed als originele staat waarin ze verkeren. Het ensemble van enkele hogere blokken aan de doorgaande Jan Evertsenstraat, vormen een geheel met de lagere woongebouwen rond open hoven daarachter. Samen geven ze op karakteristieke wijze invulling aan de tuinstadstructuur zoals door stedenbouwkundige Van Eesteren was bedoeld. In de hogere woongebouwen maakte Knijtijzer appartementen voor alleenstaanden, wat voor die tijd bijzonder was. Het complex is bovendien onderdeel van de verbindingsas Jan Evertsenstraat - Rozengracht – De Clercqstraat - Dam, en staat op de lijst van Top 100 van naoorlogs erfgoed in Amsterdam.
Ondanks de recente waardering, bleef de situatie in de woningen lange tijd dramatisch. Ze stonden bekend als schimmelwoningen. "IJspegels op de ramen waren heel gewoon en wij sliepen in de winter met de kinderen in de woonkamer omdat dat de enige warme plek was," zegt Fateha Ulad-Ali van de bewonerscommissie de Voerman. "Voor een ander huis kwamen wij niet in aanmerking." Het comfort in de woningen is na de renovatie enorm toegenomen, de bewoners hebben geen last meer van vocht en tocht. Ulad-Ali is dan ook heel tevreden over de renovatie: "Ik ben nu weer graag thuis."
Rochdale voert de werkzaamheden per woonblok uit. Alle woningen krijgen centrale verwarming, mechanische ventilatie en nieuwe kozijnen met HR++ isolatieglas. De muren die aan de buitengevel grenzen zijn geïsoleerd. Door deze energiemaatregelen maken de woningen een energiesprong van label G naar label B. Daarnaast keren originele details weer terug, zoals de kleuren, voor zover die te achterhalen waren, zegt renovatie-architect Gerard Kruunenberg. De karakteristieke balkonhekjes kunnen niet meer op dezelfde manier gemaakt kunnen worden als destijds, maar zijn niet van het origineel te onderscheiden. En aan de achterzijde de woonblokken blijven de groene houten schuttingdelen aan de balkons, die daar aan de keukens grenzen. De hekjes waren bedoeld om de vuilnisbakken op de balkons netjes uit het zicht van voorbijgangers op straat te houden.