Het aantal huurders van gereguleerde huurwoningen dat in armoede leeft, stijgt in deze kabinetsperiode met 167.000 huishoudens tot 35 procent. Dat blijkt uit onderzoek van RIGO in opdracht van de Woonbond. De toenemende armoede wordt mede veroorzaakt door de stijgende woonlasten. De Woonbond vindt dat het kabinet zijn huurbeleid moet aanpassen.
RIGO heeft op basis van het Woon Onderzoek Nederland 2012 en de armoedecriteria van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) berekend hoeveel huurders na aftrek van hun woonlasten nog overhouden voor de overige noodzakelijke uitgaven en deelname aan het maatschappelijk leven.
In totaal leeft nu al 28 procent van de huurders van gereguleerde huurwoningen volgens de SCP-norm onder de armoedegrens. Dat zijn 724.000 huishoudens, waarbij alleenstaanden en jongeren oververtegenwoordigd zijn.
Dit aantal stijgt alleen al vanwege de aangekondigde huurverhogingen tot 850.000 in 2017. Wordt ook de te verwachten stijging van de energieprijzen meegerekend, dan komt het aantal hurende huishoudens in armoede in 2017 uit op 891.000. Dat is 35 procent van de huurders. Daarbij zijn eventuele andere lastenverzwaringen die de overheid nog in petto heeft niet meegerekend.
Als gevolg van de combinatie van huurverhogingen, stijgende energieprijzen en achterblijvende inkomensontwikkeling, stijgt het deel van het besteedbare inkomen dat wordt besteed aan woonlasten (woonquote) van een doorsnee huurder van 29,4 naar 32,6 procent in 2017.
Opdrachtgever de Woonbond concludeert op basis van deze uitkomsten dat de gevolgen van de crisis eenzijdig worden neergelegd bij de huurders. De Woonbond vindt dat het kabinet zijn huurbeleid moet aanpassen. Onlangs maakte het CBS bekend dat de huren in juli 2013 gemiddeld met 4,7 procent zijn verhoogd. Tachtig procent van de huurders met een laag inkomen (<€34.000) kreeg de voor hen maximale huurverhoging van 4 procent.
Armoede
De helft van de huurders van gereguleerde huurwoningen (1,3 miljoen huishoudens) komt op grond van het inkomen in aanmerking voor huurtoeslag. Toch houdt de helft van deze groep volgens het RIGO-onderzoek na aftrek van woonlasten zo weinig over dat zij in armoede leven volgens de criteria van het SCP. De Woonbond concludeert daaruit dat de huurtoeslag dus onvoldoende is.
De woonlasten gaan naar verwachting verder stijgen. Niet alleen heeft het kabinet extra ruimte geschapen voor jaarlijkse verhogingen. Bovendien stellen verhuurders de huren bij nieuwe verhuring fors naar boven bij, daartoe mede genoodzaakt vanwege de door het Rijk opgelegde verhuurderheffing.
Nieuwe huurders blijken daardoor in elke inkomensgroep relatief hoge huurlasten te hebben. Rigo: “Als verhuurders bij mutatie de maximale huurprijs zouden vragen, dan nemen de huurlasten zodanig toe dat veel huurwoningen onbetaalbaar zullen worden voor de primaire en secundaire doelgroep.”
Woonbonddirecteur Ronald Paping vindt het dan ook hoog tijd dat dit kabinet inziet dat het huidige huurbeleid moet worden aangepast: “Om armoede onder huurders te beheersen is verbetering van de huurtoeslag, gerichte energiebesparing en vooral een gematigd huurbeleid nodig.”
Geografische spreiding
De huurlasten van huurders van gereguleerde huurwoningen verschillen per regio. De hoogste gemiddelde huurlasten vinden we op de Veluwe, de laagste in Oost-Groningen. Ook de inkomens liggen het laagste in Oost-Groningen.
Er zijn ook flinke regionale verschillen in de energielasten van huurders. In Drenthe en Oost-Groningen verbruiken huurders meer energie en betalen daardoor gemiddeld ongeveer €30 per maand meer aan energielasten dan in het westelijk deel van de Randstad. Temperatuurverschillen spelen hierbij een belangrijke rol. De totale gemiddelde woonlasten zijn het hoogste op de Veluwe en het laagste in noord-Nederland.
De huurders in de regio Amsterdam komen er relatief gunstig af. Hun gemiddelde huur is 360 euro en de totale woonlasten bedragen inclusief energie gemiddeld 472 euro. Het gemiddelde besteedbare inkomen van huurders in de Amsterdamse regio bedraagt 1833 euro. Dat levert een mediane woonquote op van 28,6 procent.
Meer informatie in het RIGO-rapport: Armoede onder huurders neemt toe