Overslaan en naar de inhoud gaan

"Ymere kan onmogelijk overal de maximaal redelijke huur vragen"

Image

Eind april moet duidelijk zijn in welke renovatie- en nieuwbouwprojecten Ymere de komende vijf jaar nog investeert. Zo verklaart bestuursvoorzitter Roel Steenbeek. Voor 2013 heeft zijn corporatie naar schatting 150 miljoen euro te besteden. Voor de jaren daarna ligt het investeringsvolume op 100 miljoen euro. In 2012 investeerde Ymere nog 370 miljoen euro. “We kunnen niet anders dan onze investeringen flink beperken. Minister Blok laat ons geen andere keuze,” aldus Steenbeek.

De verhuurderheffing kost Ymere 75 miljoen euro per jaar. Daarnaast moet een verplichte saneringsbijdrage worden betaald van alleen al 20 miljoen euro in 2013. “We kunnen dat geld niet terugverdienen; wat de minister daar ook over zegt. Het is onmogelijk overal de maximaal redelijke huur te vragen. Om twee redenen. Dan zou meer dan de helft van onze voorraad zijn sociale status verliezen. Dat kan nooit de bedoeling van een corporatie zijn. En we voelen ons gehouden aan de prestatieafspraken met lokale overheden. We hebben afgesproken voldoende sociale huurwoningen te bieden.”

Weliswaar zorgt het nieuwe huurbeleid, waarbij ‘scheefwoners’ extra huurverhoging betalen, voor extra inkomsten. Veel soelaas biedt dat volgens hem niet. “Het is nog onduidelijk hoeveel dat precies oplevert; mogelijk acht tot tien miljoen euro per jaar. Als we tegelijkertijd flink bezuinigen op de eigen organisatie, dan nog duurt het zeker tot 2021 voordat we de extra last van de verhuurderheffing en de verplichte saneringssteun hebben ingehaald.” Het investeringsplafond voor de renovatie en bouw van vrije sector en sociale huurwoningen is vastgesteld op 100 miljoen euro. Vanwege lopende projecten –de aannemer die vorig jaar een opdracht heeft gekregen moet immers wel worden betaald- verwacht Steenbeek in 2013 150 miljoen te investeren. “Meer kunnen we ons niet permitteren. Vorig jaar al hebben we lokale bestuurders en vertegenwoordigers van bewoners en collega-corporaties de vraag voorgelegd welke projecten beslist boven water moeten blijven. Vervolgens hebben we in eigen huis criteria ontwikkeld. Wat is de stand van het gewas? Wat is er afgesproken met de bewoners? Waar hebben we ons juridisch tot verplicht? Valt er nog te faseren? Wat is het effect van het afzien van sloop voor het onderhoudsprogramma? Etc. Daar is een lijst uit voortgekomen. Die gaan we de komende weken opnieuw met bestuurders, bewoners en collega-corporaties bespreken. Mogelijk wordt er hier en daar nog wat gewisseld. Eind april moet het investeringsprogramma duidelijk zijn.” 

Inkrimpen

Steenbeek heeft de indruk dat projecten met een grote betrokkenheid van bewoners de beste kans op voortgang maken. De afnemende investeringen zullen grote gevolgen hebben voor de eigen organisatie. “Vorig jaar hebben we al 37 fte’s geschrapt. En we gaan de organisatie opnieuw tegen het licht houden. Het principe van lokale verankering willen we absoluut overeind houden. Daar geloven we heilig in; we kunnen niet aan het IJ uitmaken wat het beste is in Almere. Maar we kunnen onze eigen processen wel nog slimmer inrichten.”

Steenbeek is niet heel positief over de toekomst. “Ymere is een fantastisch bedrijf. Financieel gezond ook. Het is frustrerend dat het de sector niet lukt de politiek een andere koers te laten varen. Nederland is gebaat bij investeringen, maar we kampen met een slecht imago. De politiek wil ons terug in het ‘hok’.” Hij heeft weinig hoop op een verlaging van de verhuurderheffing. “Als de heffing wordt beperkt tot 1 miljard, dan zouden we al heel veel extra kunnen doen. En het is ook goed dat PvdA-senator Adri Duivesteijn de negatieve effecten van de heffing aan de orde stelt. Maar ik verwacht eerlijk gezegd niet dat de politiek ons die ruimte nog gaat bieden.”

Wel zoekt Ymere naar nieuwe manieren om alsnog meer te kunnen investeren. “We praten daarover met beleggers, pensioenfondsen en collega-corporaties. Denk aan herontwikkeling van projecten, het vinden van nieuwe partners of het aanboren van andere financiering. De gedachten daarover zijn nog vaag. De komende maanden zal moeten blijken of we extra investeringen kunnen doen.”