Het kabinet moet echt werk maken van het vrijmaken van grootschalige en kleinere bouwlocaties, zo verklaart Aedes na het uitspreken van de troonrede. Zonder betaalbare bouwlocaties lukt het corporaties niet voldoende nieuwe sociale huurwoningen te realiseren. Aedes-voorzitter Martin van Rijn noemt het hoopgevend dat het kabinet met wet- en regelgeving komt om het grondbeleid te verbeteren. Via een planbatenheffing kan de waardestijging die ontstaat als de grond voor woningbouw wordt bestemd, gebruikt worden voor het aanleggen van infrastructuur en het realiseren van betaalbare huur- en koopwoningen. Hij vindt het daarnaast goed dat het kabinet ook een belasting op onbebouwde grond met een woonfunctie wil invoeren, met als doel woningbouw te versnellen.
In de rijksbegroting trekt het kabinet de komende vijf jaar jaarlijks 1 miljard euro uit voor het versnellen van de woningbouw en 500 miljoen euro voor het ontsluiten van grote nieuwbouwlocaties. Een nieuwe regeling die daarvoor in het leven wordt geroepen is de realisatiestimulans die wordt uitgekeerd als woningen feitelijk worden opgeleverd. Aedes heeft hier steeds voor gepleit, onder meer in de Uitvoeringsagenda Wonen. In de begroting wordt duidelijk dat de realisatie van sociale huurwoningen, middenhuur én betaalbare koop hier onder vallen. “Wel is nog onduidelijk of corporaties in de eerste jaren voldoende aanspraak op deze regeling kunnen maken. Daarom roepen wij het kabinet op te garanderen deze gelden echt ten goede komen aan nieuwbouw van sociale en middenhuurwoningen”, aldus Van Rijn.
Zorgen zijn er bij Aedes om het voorgenomen verbod op het geven van voorrang aan statushouders bij de toewijzing van sociale huurwoningen. Corporaties willen er samen met gemeenten voor zorgen dat iedereen die een woning nodig heeft, ook statushouders, een passende woning kan krijgen. Ook bij het realiseren van de zogenoemde doorstroomlocaties heeft Aedes zorgen en vragen, onder meer over de financiering ervan en de rol van corporaties.
Verder wil Aedes niet dat er wordt gemorreld aan de koppeling tussen huren en de Cao-loonstijging in 2025, zoals afgesproken in de Nationale Prestatieafspraken. Die huurgroei stelt corporaties in staat te blijven investeren in nieuwbouw, verduurzaming en leefbaarheid. De Woonbond stelde eerder voor de jaarlijkse huurverhoging te koppelen aan de Cao-loonstijging óf de consumentenindex (inflatie), en wel de laagste van de twee.