Overslaan en naar de inhoud gaan

Eisen voor gratis en groene restwarmte datacenters

Image

De gemeenten Amsterdam en Haarlemmermeer willen meer regie op de vestiging van datacenters en hebben om die reden een voorbereidingsbesluit genomen om, in afwachting van regionaal beleid, de vestiging van nieuwe datacenters stop te zetten. Restwarmte van datacenters moet bovendien groener en beter benut worden voor het verwarmen van woningen en kantoren.

Het aantal en de omvang van datacenters in de Metropoolregio Amsterdam (MRA) zijn in de afgelopen jaren sterk toegenomen: inmiddels behoort de MRA tot de regio met de meeste datacenters ter wereld, zo laten Amsterdam en Haarlemmermeer weten, de gemeenten waar de meeste aanvragen voor datacenters in de MRA worden gedaan.

Datacenters zijn onmisbare voorzieningen geworden voor vrijwel alle inwoners, bedrijven en instellingen, maar ze nemen ook veel ruimte in en leggen vanwege het hoge energieverbruik een groot beslag op het elektriciteitsnet. Op dit moment hebben gemeenten nauwelijks instrumenten tot hun beschikking om te sturen op waar de datacenters komen, of aan welke eisen zij moeten voldoen. Tennet en Liander hebben daarbij een leveringsplicht voor stroom. Gezien het economisch belang van de datacenters, de enorme investeringen en de groeiambitie van de sector in Amsterdam en de regio is nieuw beleid nodig. Doel is dat datacenters zo min mogelijk beslag leggen op de ruimte en (architectonisch) op een goede manier worden ingepast in de omgeving.

Marieke van Doorninck (wethouder Duurzaamheid en Ruimtelijke Ontwikkeling van Amsterdam): “De komst van datacenters is in zekere zin een gevolg van ons eigen consumptie- en leefpatroon: we willen de hele dag online zijn op onze telefoons en laptops. Tot op zekere hoogte zullen we de bijbehorende infrastructuur moeten accepteren, maar de ruimte in Amsterdam is schaars. Als gemeenten willen we daarom meer regie op de vestiging van nieuwe datacenters en we vragen hen ook bij te dragen aan de duurzame opgaven van de stad. We gaan eisen stellen op het gebied van het kosteloos beschikbaar stellen van restwarmte voor de verwarming van woningen en het gebruik van groene stroom.”

Omdat datacenters een enorm potentieel aan restwarmte voor de verwarming van kantoren en woningen hebben willen de gemeenten Amsterdam en Haarlemmermeer de vestiging van datacenters niet helemaal stop zetten. Lopende projecten die passen in de lijn van het nieuwe beleid zullen daarom vooralsnog vergund worden. Wel laten beide gemeenten weten dat de restwarmte van datacenters vaak nog onbenut blijft. Hoewel de datacentersector eerder al te kennen heeft gegeven de restwarmte gratis weg te willen geven, vormen vooral de hoge kosten voor de aanleg van de infrastructuur van het warmtenet én het verhogen van de temperatuur van de restwarmte voor gebruik in woningen een struikelblok. Daarnaast geldt restwarmte per definitie als duurzaam, maar de gemeenten Amsterdam en Haarlemmermeer willen nu dus ook eisen stellen aan de bron van die restwarmte: die moet groen worden.

Amsterdam en Haarlemmermeer nodigen de datacentersector uit om mee te denken over de uitwerking van het nieuwe beleid voor datacenters, dat eind 2019 gereed moet zijn. De Dutch Datacenter Association (DDA) noemt het nemen van een voorbereidsbesluit in beide gemeenten in AG Connect 'rigoureus'. De DDA wijst er op dat de MRA de grootste datacenterhub in Europa is. Bijna driekwart van de 189 Nederlandse datacenters staat in deze regio. De afgelopen acht jaar kende de MRA een gemiddelde jaarlijkse groei van maar liefst 18,5 procent in capaciteit en is daarmee van economisch belang. De Amsterdamse datacenters zijn cruciaal voor de digitaliserende samenleving en voor de positie van Nederland als digitaal koploper. Bovendien zijn Nederlandse datacenters volgens de DDA 'voorlopers op het gebied van duurzaamheid’ onder meer door efficiënt energiegebruik.