Eenderde corporatiedirecteuren wil wel fuseren met zorg- & welzijnaanbieders
Een derde van de Nederlandse corporatiedirecteuren (33%) zou voorstander van fusies tussen corporaties en zorg- & welzijnaanbieders. Dat concludeert althans USP Marketing Consultancy Building Business op basis van eigen onderzoek. Bijna vijf van de tien directeuren zou het ook , los van de samenwerkingsvorm, geen probleem vinden als volkshuisvestelijk geld naar andere sectoren stroomt.
Uit het persbericht van USP:
Voormalig minister Vogelaar was tegen dergelijke fusies omdat ‘voorkomen moet worden dat geld voor de volkshuisvesting voor andere doeleinden wordt aangewend.’ Een opmerkelijk argument aangezien in de achterstandswijken corporaties door haar werden aangespoord om op een breed gebied problemen van bewoners aan te pakken. En het via de vennootschapsbelasting afgeroomde corporatiegeld komt in de algemene middelen terecht. Dit blijkt uit een onderzoek van USP Marketing Consultancy in opdracht van het vakblad Building Business.
Corporatiedirecteuren voorstanders (vergaande) samenwerking met zorg- & welzijnsaanbieders
Wonen, zorg en welzijn groeien steeds meer naar elkaar toe. Nogal wat corporatiedirecteuren ervaren dit in hun dagelijkse praktijk. Veel corporaties werken daarom samen met zorg- & welzijnsaanbieders. Een veel gehoord argument daartoe is dat wonen en zorg niet goed afzonderlijk van elkaar zijn te organiseren. Het is dan ook niet vreemd dat negen op de 10 corporatiedirecteuren (89%) vindt dat corporaties samenwerkingsovereenkomsten moeten kunnen sluiten met zorg- & welzijnaanbieders. Ook conventanten (87%) en in iets mindere mate personele unies (52%) zijn volgens de directeuren gewenste samenwerkingsmogelijkheden, die het ministerie zou moeten toestaan. Een derde (33%) is zelfs voorstander voor een fusie (59% is tegen) als samenwerkingsvorm.
Hierbij vindt 46% van de corporatiedirecteuren het geen probleem dat middels deze samenwerkingsvormen er volkshuisvestelijk geld naar andere sectoren zou stromen. Iets meer dan de helft van de directeuren (54%) vindt dit wel een probleem.
Vogelaar stond in dit voorjaar een personele unie tussen de corporatie Woonzorg Nederland en een tweetal zorg- & welzijnaanbieders toe, maar verbood een fusie. Belangrijkste argumentatie van haar en de fiscus hiertoe is: ‘dat moet worden voorkomen dat geld voor de volkshuisvesting voor andere doeleinden wordt aangewend’. Opvallend argument aangezien het via de vennootschapsbelasting afgeroomde corporatiegeld ook in de algemene middelen terecht komt.
Grootte en breedte van zorg- & welzijnpartij geen reden om fusie of personele unie niet toe te staan
Was de breedte van het zorg/welzijnspallet een criterium voor Vogelaar of al dan niet een personele unie of een fusie toe te staan? Zeven op de 10 corporatiedirecteuren vindt dat dit geen argument zou mogen zijn voor het ministerie om een personele unie of fusie te verbieden. Ook de grootte (in aantal werknemers) van potentiële zorg- & welzijnspartners zou volgens de helft van de directeuren (50%) niet mogen meespelen in de beslissing van het ministerie. Meest genoemde reden hiertoe is dan het om de kwaliteit van de zorg gaat, niet om de hoeveelheid werknemers. Vier op 10 directeuren (41%) vindt dat de grootte van de potentiële zorg- & welzijnspartner wel een argument kan zijn voor het ministerie is om een personele unie of een fusie te verbieden, 9% weet het niet.
Bron: USP Marketing Consultancy Building Business
De volledige resultaten van dit onderzoek worden in Building Business gepubliceerd.