Deze zomer lopen de eerste officiële vijfjarencontracten voor jongeren af. De regeling die twintigers meer kans geeft op een betaalbare woning in de hoofdstad, wordt nog geëvalueerd. De grote vraag: hoe vergaat het de vertrekkers? Het naderende einde levert in ieder geval stress op. Alleen voor de meest schrijnende gevallen gloort een verlenging.
In 2016 werd officieel begonnen met huurcontracten voor maximaal vijf jaar voor jongeren tot 28 jaar. Eindelijk kwamen jongeren aan bod op een woningmarkt waar, door de langere inschrijfduur, de oudere woningzoeker in het voordeel was. Maar er was ook kritiek, van onder andere de SP van wethouder Wonen Laurens Ivens. De partij zag de stap als een ondermijning van het huurrecht.
Naast al bestaande, gelabelde jongerenwoningen werden vanaf juli 2016 ook nieuwbouwcomplexen, of delen daarvan, voor vijf jaar verhuurd aan jongeren. Spraakmakend was het tijdelijke Startblok in Riekerhaven van De Key, waar 283 Nederlandse jongeren met bijna evenveel statushouders een gemeenschap zouden vormen. De naam was symbolisch: hier zou de wooncarrière van Amsterdamse jongeren beginnen. In het Oostelijk Havengebied werd het eerste vijfjarencontract getekend voor 57 jongerenwoningen in nieuwbouwcomplex Costa Rica van Stadgenoot. Deze corporatie had samen met Eigen Haard het initiatief genomen voor de tijdelijke jongerencontracten, een idee dat uiteindelijk door de Tweede Kamer werd overgenomen met een initiatiefwet.
Sinds 1 juli 2016 is het jongerencontract voor vijf jaar van kracht. Sinds dat moment is de woningschaarste verder opgelopen. Kunnen de woonstarters van weleer nu de volgende stap maken? Elk geval is anders, zo blijkt uit deze vier portretten. | |
Timo: 'Geluk gehad' |
|
Naomi: 'Moet ik dan met mijn kinderen naar een opvangcentrum' |
|
Op de website van De Key staan een aantal geslaagde voorbeelden van 'de volgende woonstap'. |
Goede uitvinding
Bestuurder Marien de Langen van Stadgenoot vindt het jongeren- of vijfjarencontract nog steeds “een enorm goede uitvinding”. Het valt De Langen op dat de publieke discussie alleen maar gaat over de afloop van de huurperiode van vijf jaar. “Terwijl het hier om een groep gaat die gemiddeld de snelst groeiende inkomens heeft en de grootste kans op de woningmarkt, die bovendien in de tussentijd vaak een andere samenstelling van het huishouden krijgt. Natuurlijk kan het lastig zijn als je in een woning woont waar het eindig is, maar de meeste mensen redden zich gewoon. Als je terugkijkt in de achteruitkijkspiegel van heel veel jongeren, dan is vijf jaar zekerheid van een woning fantastisch.”
“Er zijn te weinig sociale huurwoningen. Stadgenoot probeert daarom zoveel mogelijk woningen bij te bouwen en de woningen zo goed mogelijk in te zetten voor mensen die ze nodig hebben. Hoe meer mensen er gebruik van kunnen maken, hoe beter.”
De Langen erkent dat het voor veel jongeren nog steeds lastig is woonruimte te vinden. Hij roept hen dan ook op zich te laten horen. “Als jij het als een individueel vraagstuk beschouwt, dan gaat de politiek je nooit horen. Organiseer je! Dat werkte in de tijd van de kraakbeweging ook heel goed.”
Stadgenoot heeft door de jaren heen een bestand van 1.540 vijfjarencontracten opgebouwd, 120 daarvan lopen in 2021 af. In zeven gevallen is verlenging verleend. Dat kan wettelijk tot maximaal twee jaar bij ‘schrijnende situaties’. De criteria hiervoor zijn niet messcherp, zegt De Langen. Hier ging het onder meer om zwangerschap en ziekte.
Vervolgstap
Corporatie De Key, die van jongerenhuisvesting een hoofdtaak heeft gemaakt, stelt ook dat het overgrote deel van de jongeren na het vijfjarencontract in staat is passende woonruimte te vinden. Dat blijkt uit ervaringen met studentenhuisvesting, zegt De Key. Van de 283 Nederlandse jongeren in Startblok Riekerhaven hadden half april 253 het huurcontract opgezegd, omdat ze andere woonruimte hadden gevonden, meldt de corporatie. Dat is bijna 90 procent.
De Key heeft niet geregistreerd waar de huurders naartoe zijn gegaan. Dat wordt geïnventariseerd bij een evaluatie, waarvan de uitkomsten begin 2022 worden verwacht. Op de website van de corporatie staan wel enkele voorbeelden van waar bewoners zijn terechtgekomen: in sociale huur na gezinsuitbreiding, een andere jongerenwoning, een koopwoning of samenwonen in de vrije sector. De Key raadt bewoners aan twee jaar van te voren te gaan zoeken naar een nieuwe woning en eventuele eisen in het tweede zoekjaar te laten vallen en desnoods antikraak te gaan wonen. Verlenging zit er niet in. “Als woonstarters hun huurcontract tekenen weten ze dat het voor vijf jaar is”, aldus de corporatie.
Hoe passend de vervolghuisvesting daadwerkelijk is, blijkt wellicht uit de evaluatie. De Key vergelijkt de uitstroom met die van studentenhuisvesting, maar het is de vraag of deze vergelijking opgaat. Bij de jongerencontracten gaat het ook om lager opgeleide, werkende jongeren. Die hebben volgens een recente masterscriptie van sociaal-geograaf Tobias Dobbe als starter minder kans op de Amsterdamse woningmarkt dan hoogopgeleiden. Dat komt doordat ze een minder goed netwerk hebben en eerder in een andere levensfase terechtkomen waarbij een grotere woning vanwege (gewenste) gezinsvorming gewenst is. Dobbe suggereert daarom grotere jongerenwoningen op goedkopere locaties langs de rand van de stad te bouwen voor deze doelgroep.
Ruggensteunregeling
Voor statushouders met een jongerencontract is het vaak moeilijker binnen vijf jaar een andere woning te vinden. Zij hebben een kortere inschrijfduur en meestal geen goed netwerk. Van de 282 statushouders in Riekerhaven was dit voorjaar slechts een vijfde verhuisd. In een ‘ruggensteunregeling’ krijgen de overigen daarom een eenmalig woningaanbod. Omdat het niet lukte al die aanbiedingen voor 1 juli te doen, hebben de overgebleven statushouders van De Key een verlenging van hun contract met één jaar aangeboden gekregen. Om een nieuwe lichting statushouders ook vijf jaar te kunnen huisvesten in Riekerhaven mag het tijdelijke complex elf in plaats van tien jaar blijven staan.
In de Samenwerkingsafspraken tussen gemeente, corporaties en huurders is vastgelegd dat maximaal een derde van de reguliere verhuringen met voorrang wordt toegekend aan jongeren - al dan niet met een jongerencontract. In 2020 werden via WoningNet 1772 woningen met een jongerencontract verhuurd, bijna 27 procent van het totaal. Na de evaluatie wordt gekeken naar de gewenste voorraad jongerenwoningen, spreiding over de stad en differentiatie voor jongeren die samenwonen en/of kinderen hebben.
Een jongerenwoning is maximaal 40 m2 tussen Ring en IJ en maximaal 50 m2 daarbuiten. In het nieuwe woonruimteverdelingssysteem dat volgend jaar wordt ingevoerd krijgen jongeren wel meer kansen dankzij extra startpunten, naast de zoekpunten.