Bouwlocaties blijven in Amsterdam onbenut omdat ontwikkelaars en investeerders hun plannen niet rendabel kunnen ontwikkelen onder de huidige gemeentelijke regels. Dat beweert het FD na een 'rondgang onder marktpartijen'. Genoemd worden locaties uit Zuidoost en Noord. Deze bevindingen staan in contrast met de bouwactiviteiten in 2018. Toen werd in de hoofdstad een recordaantal van 8.639 woningen in aanbouw genomen, maar grotendeels nog onder oudere voorwaarden. Het huidige college wil meer garanties over de blijvende betaalbaarheid van de nieuwbouw.
"We kijken de kat uit de boom", citeert het FD Wim Wensing, hoofd investeringen bij institutioneel belegger en ontwikkelaar Amvest. Het bedrijf is onder andere eigenaar van twee bedrijventerreinen in Amsterdam Noord. Amvest maakt daar geen haast met de transformatieplannen voor het gebied. Wensing: "We kunnen er onder deze stringente voorwaarden geen goed beleggingsproduct van maken." In het artikel worden ook andere ontwikkelaars opgevoerd die wachten op beter tijden. Wat daarbij ook een rol speelt zijn de huidige hoge bouwkosten. Bovendien hebben de meeste ontwikkelaars voldoende werk aan lopende bouwprojecten.
Het huidige college van SP, PvdA, GroenLinks en D66 heeft nieuwe voorwaarden toegevoegd om de bouw van betaalbare woningen te bevorderen. Zo wil de gemeente bij nieuwbouwprojecten uitkomen 40 procent sociale huur, 40 procent middenhuur en 20 procent koop en dure huur en koop. Met name de eis dat woningen langer (25 jaar) of zelfs voor altijd in het middeldure segment moeten worden verhuurd, is voor ontwikkelaars een brug te ver. Zeker in combinatie met de eis dat huurverhogingen worden beperkt tot de inflatiecorrectie.
De gemeente geeft in een reactie aan dat de nieuwe regels bij gemeentelijke tenders nog niet tot minder inschrijvingen leidt. Anders ligt het in transformatiegebieden waar de grond niet van de gemeente is. De nieuwe eisen leiden daar tot 'lastige gesprekken, die kunnen leiden tot vertraging en afstel', aldus een gemeentelijke reactie in het FD.
Het Amsterdamse college heeft zich een uitermate ambitieus bouwprogramma ten doel gesteld met 7.500 woningen per jaar tot en met 2024. Vanwege het doorlopen van oude projecten zit er tot 2025 nog minimaal 28 procent koopwoningen in het bouwprogramma. Het college wil in nieuwe projecten met name woningen toevoegen voor mensen met een laag of gemiddeld inkomen. Bij de presentatie van het woningbouwprogramma in december bleek overigens dat het ferme eisenpakket uit het linkse coalitieakkoord niet in beton is gegoten. De bouwproductie moet niet in gevaar komen. Marktpartijen reageerden destijds met name sterk negatief op de eeuwigdurende prijsbegrenzing van middeldure huurwoningen. De aanvankelijke eis om bij transformatieprojecten de verplichte 15 procent sociale huur 50 jaar in dat segment te houden (was 15 jaar) is al vervallen.
Bron: FD - Bouw van huurwoningen stokt in Amsterdam (FD, 4 maart, alleen voor abonnees)
Zie ook: Analyse woningbouwprogramma 2018-2025 (NUL20, december 2018)
Zie ook: Analyse woningbouwprogramma 2018-2025 (NUL20, december 2018)