Amsterdam groeide in de eerste elf maanden van 2016 van alle Nederlandse gemeenten het sterkst. Het CBS meldt dat vorig jaar het aantal inwoners door veel baby's en immigratie met ruim 15.000 is gestegen. Op 1 december vorig jaar woonden er bijna 850.000 mensen in de hoofdstad. In dezelfde periode groeiden ook de andere drie grote steden sterk. Rotterdam kreeg er ruim 8 duizend inwoners bij, Den Haag en Utrecht ruim 4 duizend.
De grote steden groeien in verhouding tot Nederland als geheel sinds 2008 vrijwel elk jaar harder. Landelijk kwamen er in 2016 (tot 1 december) per saldo 6 mensen per duizend inwoners bij. In Amsterdam waren dat er 18 per duizend, gevolgd door Rotterdam (13), Utrecht (12) en Den Haag (9). Utrecht was tot 2015 de sterkste groeier van de vier, maar de afgelopen twee jaar is dat Amsterdam.
De bevolking van de vier grote steden groeide in 2016 zowel door natuurlijke groei, als door buitenlandse migratie. Met andere woorden: er werden meer baby’s geboren dan dat er mensen overleden en er vestigden zich meer immigranten dan dat er inwoners emigreerden. Vooral in Amsterdam kwamen veel immigranten en werden veel baby’s geboren. Daar staat tegenover dat Amsterdam, net als Den Haag en Utrecht, inwoners verloor door binnenlandse verhuizingen. Dat was ook in 2015 al het geval. In vergelijking met de periode 2008-2014 verlaten weer meer gezinnen de grote steden. Zij vestigen zich voornamelijk in de randgemeenten.
Niet alleen in de vier grote steden nam de bevolking in 2016 sterk toe. Ook enkele kleinere gemeenten waar veel nieuwbouw is bijgekomen, groeiden hard. Voorbeelden hiervan zijn Blaricum, Beemster en Landsmeer. Nederland telt op dit moment 17,1 miljoen geregistreerde inwoners. Voor de komende jaren verwacht CBS dat de bevolking nog doorgroeit, zowel door natuurlijke aanwas als door migratie. Over vijf jaar zal de bevolking volgens de CBS-prognose uit 17,5 miljoen mensen bestaan.