Hulpbehoevende ouderen en gehandicapten moeten meer mogelijkheden krijgen om zelfstandig te wonen. Dat is een taak waarvoor de volkshuisvestingssector zich de komende jaren gesteld ziet. Er wordt in Amsterdam inmiddels druk geëxperimenteerd met zorgwoningen en ‘woonzorgzones’. De plannenmakers van IJburg waren er al mee bezig lang voordat het door ‘Den Haag’ werd opgelegd.
IJburg is een van de voortrekkers op het gebied van wonen en zorg - in Amsterdam, maar ook landelijk. Het nieuw gewonnen land biedt volop ruimte voor woningen die geschikt zijn voor zorgbehoevende ouderen en gehandicapten. Oud-projectleider Vincent Kompier gaf bij een eerdere werkgever, onderzoeksbureau Reijndorp, het concept wonen en zorg gestalte. Bij het Projectbureau IJburg mocht hij het idee vervolgens vanaf eind jaren negentig uitwerken. Ruim voordat de extramuralisering eind 2001 vanuit het BBSH (Besluit Beheer Sociale-Huursector) werd opgelegd. “Het belangrijkste motief was vergroting van de keuzevrijheid van bewoners. Met in het achterhoofd natuurlijk de vergrijzing, de tendens om langer zelfstandig te wonen en de ‘onthospitalisering’ van gehandicapten en andere zorgbehoevenden.”
Besselink, Kompiers opvolger bij het Projectbureau IJburg, vertelt over het wonen-en-zorg-programma in de nieuwe wijk: Maar liefst zestig procent van de achttienduizend woningen wordt aanpasbaar of ‘levensloopbestendig’ gebouwd. Deze woningen zijn met simpele ingrepen geschikt te maken voor ouderen en rolstoelgebruikers (zie ook kader over typen zorgwoningen). Vijf procent van de woningen op IJburg is direct aangepast voor speciale doelgroepen, bijvoorbeeld rolstoelgebruikers of verstandelijk gehandicapten die in een groepswoning of geclusterd rond een steunpunt wonen. De meeste aanpasbare woningen kunnen uiteindelijk ook bij een cluster of bij een groepswoning worden getrokken. De woningen voor de doelgroepen liggen binnen een straal van 200 meter rond een steunpunt, van waaruit dag en nacht tal van vormen van medische en sociale hulp kunnen worden geboden.
Fijnmazig woon-zorgconcept
Het eerste van de in totaal zes steunpunten die op Haveneiland West, Haveneiland Oost en Steigereiland komen, wordt in de tweede helft van dit jaar opgeleverd. Ook op de andere eilanden zullen steunpunten komen. Er is bewust voor gekozen geen verpleeg- of verzorgingstehuis op IJburg neer te zetten. Maar het bouwprogramma maakt de vestiging van een dergelijke instelling wel mogelijk, mocht er uiteindelijk toch behoefte aan bestaan.
Het fijnmazige woon-zorg-concept verschilt van voorzieningen in andere vinex-locaties als Leidsche Rijn, vertelt Kompier. Daar is gekozen is voor het samenballen van zorgfuncties in een grote klomp, inclusief verpleeg- en verzorgingshuizen. De opzet van wonen en zorg op IJburg heeft een standaard gezet voor projecten elders in de stad. Ondertussen voltrekt zich volgens Kompier een “stille revolutie”, waarin ouderen en gehandicapten steeds meer tussen jongere en meer valide mensen komen te wonen.
Er is op IJburg driftig geschrapt in kwaliteits- en milieu-eisen, omdat het allemaal simpeler en goedkoper moest. Maar de eis dat 60 procent aanpasbaar moet zijn, heeft tot dusver alle versoberingwoede overleefd. Dat tekent het belang dat er aan wordt gehecht. Daarbij moet gezegd dat het slechts om een fractie van de aanneemsom gaat, met bestekaanpassingen als bredere deuren en deuropeningen, andere draairichtingen van deuren, iets groter bemeten verkeersruimten en stopcontacten en schakelaars die niet helemaal in de hoek van de kamer zitten. “Maar je moet er wel bovenop zitten; soms blijft een aannemer per ongeluk vasthouden aan traditionele uitvoeringen”, aldus Besselink.
Maar bevorder je zo niet dat IJburg over pakweg 25 jaar een grijze enclave zal zijn?
Kompier denkt dat de toekomstige bevolking in leeftijdsopbouw inderdaad vergelijkbaar zal zijn met het huidige Buitenveldert, of Watergraafsmeer. Niet zozeer door die aanpasbaarheid, maar door het type huizen dat er wordt neergezet: veel koop- en duurdere huur. Dit bovensegment wordt doorgaans gekenmerkt door een langere bewoning, net als in Buitenveldert of de Watergraafsmeer. Overigens is de belangstelling van 55-plussers voor de eerste huizen op IJburg nog niet groot, ondanks de levensloopbestendigheid. Ouderen zijn meestal geen pioniers. De verwachting is dat IJburg, net als het Oostelijk Havengebied, in een later stadium wel aantrekkelijk wordt voor bijvoorbeeld terugkerende Amsterdammers die ‘uit de kinderen’ zijn.
Beperkte houdbaarheid
Stadsdeel Osdorp heeft door de herstructurering ook ruimte voor nieuwe initiatieven op het gebied van wonen en zorg. Overigens is Osdorp in verhouding tot andere stadsdelen al redelijk goed voorzien van zelfstandige woningen voor ouderen die afhankelijk zijn van zorg en dienstverlening (zie grafiek 1). In het herstructureringsgebied Zuidwest Kwadrant realiseert de Algemene Woningbouw Vereniging 150 woningen rondom een paramedische praktijk, waaronder 24 wibo’s, 25 miva’s (minder-valide-woningen) en een groepswoning voor gehandicapten. Een deel van de woningen wordt aanpasbaar gebouwd. Vooruitlopend op toekomstige domotica-toeppassingen worden bij wijze van proef loze leidingen aangelegd. Deze ‘thematisering’ rond zorg is een uitvloeisel van een min of meer toevallig contact met zorginstelling Care-West. De AWV heeft nog geen uitgekristalliseerde visie op extramuralisering, zo bekende directeur Gerard Anderiesen op een bijeenkomst van de Dienst Wonen over Wonen met dienstverlening en zorg. Maar ze is daar wel mee bezig. De corporatie heeft naast bejaardenhuizen ook al langere tijd wibo-woningen en groepswoningen voor dementerenden in beheer. Naast het Zuidwest Kwadrant experimenteert de AWV ook in een project aan het Ananasplein in Noord met zorgwoningen. Hierbij is ze in zee gegaan met een andere zorgverlener, Fontis. Vanwege de spreiding van haar bezit, wil de AWV geen exclusieve relatie aangaan met een zorginstelling. Duidelijk voor Anderiesen is dat de sectoren zeer verschillende talen spreken. En dat ze een verschillend tijdsperspectief hebben: waar corporaties een halve eeuw vooruitkijken, hebben zorgconcepten vaak een beperktere houdbaarheid. “Met dat gegeven moet je iets doen”, aldus Anderiesen.
De woonservicebuurt
Stadsdeel Centrum telt relatief weinig ouderen, maar het heeft veel plaatsen in verzorgings- en verpleeghuizen (zie grafiek 1). Het is lastig deze plaatsen te vervangen door zelfstandige woningen en kleinschalige voorzieningen. Er is weinig ruimte voor het bouwen van aangepaste en aanpasbare woningen. Het rolstoelgeschikt maken van de bestaande voorraad is vrijwel ondoenlijk; de woningen zijn te krap, de trappen te steil. Toch zijn hier en daar nog plekken te vinden waar ouderen en gehandicapten aan hun trekken kunnen komen. Bijvoorbeeld in de Czaar Peterbuurt. Woonstichting De Key ontwikkelt hier in samenwerking met Tabitha en het stadsdeel centrum een ‘woonservicebuurt’.
Het concept lijkt sterk op dat van IJburg: geclusterde woningen en woongroepen voor doelgroepen op korte afstand van een steunpunt. Alleen wordt hier niet 60 procent, maar eenderde van alle woningen aanpasbaar gemaakt. Het gaat ook om wat kleinere woningen, vanaf zo’n 70 vierkante meter. De eerste resultaten laten zich nu al zien. In een gerenoveerd blok aan de kop van de Czaar Peterstraat, worden rond deze tijd vier groepswoningen voor in totaal 24 dementerende ouderen in gebruik genomen. De oplevering van veertig geclusterde wibo-woningen in het nieuwe gebouw de Sporenboog op het Funen-terrein staat voor september gepland. Het is de bedoeling dat in 2007 aan het begin van de straat, op de plaats waar nu de zogenoemde Dubbeltjespandenstaan staan, een dienstencentrum wordt gebouwd. In hetzelfde gebouw komen naast wibo’s ook weer groepswoningen voor dementerende ouderen en mogelijk verstandelijk gehandicapten. Het dienstencentrum zal door verpleeginstelling Tabitha worden geëxploiteerd. Ze zoekt daarbij samenwerking met welzijnsinstellingen en stichting IJlanden, die zich toelegt op het zelfstandig laten wonen van verstandelijk gehandicapten en dementerende ouderen. “Met dit aantal dementerende ouderen lijkt voor ons de maximumbelasting voor deze buurt bereikt”, aldus Bart Geerink, procesmanager van De Key. “Want dat is nog onduidelijk: in hoeverre de buurt deze mensen accepteert.”
Geerink benadrukt dat De Key een duidelijke visie heeft op het geschikt maken van de stad voor zelfstandig wonende ouderen en gehandicapten. De woonservicebuurt rond de Czaar Peterstraat komt niet toevallig tot stand. Het is in lijn met het Lekker Leven-aanbod, waarin de corporatie uiteenlopende diensten levert aan haar bewoners, van belastingadvies tot een pedicure aan huis. “Een vraag van Tabitha om zelfstandige kleinschalige woonruimte voor zijn bewoners, bracht ons ertoe dit project te starten”.
De beoogde sloop van de Dubbeltjespanden stuit op verzet van de stadsdeelraad. Die pleit voor gedeeltelijk behoud van het woonblok. De Key heeft beloofd nog eens te kijken of een deel kan blijven staan, maar weet nu al dat renovatie onrendabel is. Volledige sloop lijkt onvermijdelijk.
Het dienstencentrum moet geen saai buurthuis voor ouderen worden, maar een levendig middelpunt van de buurt, liefst met een supermarkt en horeca nabij. “Het zou mooi zijn als de verstandelijk gehandicapten uit de groepswoningen in een restaurant bij het steunpunt kunnen werken”, zo mijmert Geerink. Dat zou het toppunt van integratie zijn: niet alleen wonen, maar ook werken onder ‘gewone’ mensen. Niet bij een weggestopte sociale werkvoorziening buiten de stad.