Een deel van de vrijkomende starterswoningen en nieuwe middeldure huurwoningen wordt specifiek toegewezen aan leraren. Een motie van D66 met steun van GroenLinks en de PvdA is gisteren aangenomen door de gemeenteraad.
Een paar jaar geleden werd het toewijzen van woningen aan mensen met een voor de stad belangrijk beroep zoals verplegers, leraren en politieagenten nog afgeschaft om de bureaucratie te verminderen. Het tekort aan leraren in Amsterdam dreigt echter zo groot te worden – volgens recente cijfers zijn er alleen al voor het komende schooljaar 170 vacatures op 210 Amsterdamse basisscholen – dat herinvoering van de voorrangsregeling noodzakelijk geacht wordt. Het lerarentekort is acuut en vraagt om onmiddellijke actie, aldus de indieners van de motie. Zij zien de situatie op de Amsterdamse woningmarkt als de voornaamste reden van het tekort aan docenten. Beginnende leraren moeten jaren wachten voordat zij in aanmerking komen voor een sociale huurwoning, voor meer gevorderde docenten die meer verdienen is de vrije sector te duur.
Het is nog niet duidelijk hoeveel woningen voor de beroepsgroep vrij gehouden worden. Het stadsbestuur moet met de Amsterdamse woningcorporaties en huurdersvereniging gaan bekijken hoe 'een substantieel percentage' van vrijkomende starterswoningen aan leraren toegewezen kan worden. Daarnaast moet een deel van de nieuwe middeldure huurwoningen die jaarlijks gebouwd worden voor docenten gereserveerd worden. Het idee is dat leraren die meer gaan verdienen naar die goedkope vrije sectorwoningen kunnen doorstromen. Daarnaast gaat het stadsbestuur onderzoeken of andere beroepsgroepen, die eveneens voor het functioneren van de stad noodzakelijk worden geacht, hulp moeten krijgen om een plek op de moeilijk toegankelijke Amsterdamse woningmarkt te bemachtigen.
De gemeente maakte onlangs ook bekend dat leraren die verder dan twintig kilometer buiten Amsterdam wonen op een tegemoetkoming in hun reiskosten voor het openbaar vervoer kunnen rekenen. Het gaat om maximaal tachtig euro per maand. De gemeente trekt daar in de komende twee jaar jaarlijks 200.000 euro voor uit.