Meer dan in vorige jaren vonden thema's uit de 'volkshuisvesting' de weg naar de Rijksbegroting 2023. En dit gaat ook gepaard met veel meer investeringen, waarvan het grootste deel al eerder aangekondigd. De belangrijkste plannen op een rij.
Lage inkomens: minder huur en meer toeslag
Geen investering van het Rijk maar toch een prominent onderdeel van de kabinetsplannen: vanaf juli 2023 krijgen huurders met een laag inkomen in een corporatiewoning een huurverlaging van gemiddeld 57 euro per maand. Dat betalen de corporaties, maar die kunnen dat ook doen omdat vanaf volgend jaar de verhuurderheffing is afgeschaft. De corporaties hebben zelf voorgesteld de al aangekondigde verlaging een jaar naar voren te halen. Verder stijgt volgend jaar de huurtoeslag met circa 17 euro per maand. De Woonbond verwelkomt de maatregelen, maar constateert dat het kabinet 'een blinde vlek' heeft voor de positie van huurders in de commerciële sector.
Het kabinet heeft daarnaast op Prinsjesdag andere maatregelen aangekondigd die de financiële nood van bewoners moeten beperken. De belangrijkste is de instelling van een tijdelijk tariefplafond, waarvan de precieze vormgeving nog moet worden uitgewerkt. Ook komt er een noodfonds van 50 miljoen euro om te voorkomen dat kwetsbare huishoudens grote schulden opbouwen.
Volkshuisvestingsfonds
Het volkshuisvestingsfonds wordt gecontinueerd tot en met 2026. Dit fonds voor de herstructurering van de bestaande woningvoorraad in kwetsbare gebieden. Zo ging er eerder 29 miljoen uit dit fonds naar Amsterdam-Zuidoost en Lelystad om woningeigenaren bij te staan hun woningen op te knappen en te verduurzamen. Voor 2023 is 143,5 miljoen euro beschikbaar. Anders dan de naam doet vermoeden gaat het meeste geld uit dit fonds naar particuliere eigenaren. Het is bovendien een sigaar uit eigen doos, of preciezer een vorm van herverdeling van gemeentelijke middelen, want het geld wordt uit het gemeentefonds gehaald.
Stimulering woningbouw
Het kabinet heeft de ambitie om 900.000 woningen te bouwen tot en met 2030, waarvan twee derde betaalbaar. Voor investeringen in betaalbare woningen is in die periode bijna 11 miljard euro beschikbaar. Zo is er de Woningbouwimpuls (1,25 miljard euro) om projecten vlot te trekken. Net als bij het Volkshuisvestingsfonds brengt het Rijk brengt de impulsgelden in mindering op het gemeentefonds. Het is een vorm van herverdeling van gemeentelijke middelen.
Voor het versnellen van woningbouwprojecten is er 1,5 miljard euro beschikbaar.
Naast deze versnellingsafspraken investeert het kabinet in 17 grootschalige woningbouwgebieden op het gebied van infrastructuur. Daarvoor is 6 miljard euro beschikbaar. Voor de komende tien jaar is in totaal 7,5 miljard euro beschikbaar gemaakt in het Mobiliteitsfonds.
Daarnaast wordt de investeringsruimte van corporaties groter omdat volgend jaar de verhuurderheffing volledig wordt afgeschaft.
Met gelden uit de Woningbouwimpuls (1,25 miljard euro) kunnen gemeenten exploitatietekorten aanvullen bij projecten met veel betaalbare woningen. De bedragen komen gefaseerd beschikbaar. Voor de vijfde tranche is 222 miljoen euro beschikbaar.
In het najaar wil minister De Jonge afspraken maken met provincies en regio's over hun woningbouwopgave. Voor 2023 is er een bedrag van 284,2 miljoen euro beschikbaar voor de vierde tranche van de nieuwe Regio Deals. In die woondeals spreken provincies, gemeenten en Rijk af waar welke woningen komen en voor welke doelgroepen.
Daarnaast komen volgend jaar de eerste honderden miljoenen beschikbaar voor de zeventien grootschalige NOVEX woningbouwlocaties en daarbuiten.
Bouwend Nederland onderschrijft de noodzaak van de bouwopgave, maar vindt de ambitie om 900.000 woningen te bouwen onrealistisch, mede vanwege de voorgestelde regulering van de middenhuren.
Meer flexwoningen
Het kabinet heeft zijn doelstellingen voor de bouw van tijdelijke woningen verhoogd naar 37.500 flexwoningen in de periode 2022-2024: 7.500 dit jaar en komende twee jaren elk 15.000. Die woningen zijn onder andere voor de opvang van asielzoekers en statushouders. Daarvoor is 1 miljard euro beschikbaar voor de komende 5 jaar.
Om een industriële productiestroom op gang te brengen heeft het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) alvast 2.000 flexwoningen besteld, die kunnen worden afgenomen door corporaties en wellicht gemeenten. Ook komt het Rijk met een garantstelling waarmee gemeenten financiële risico’s kunnen opvangen in het geval geen vervolglocatie kan worden gevonden voor de flexwoningen na de eerste exploitatietermijn.
Verduurzaming
Met het versnellen van het Nationaal Isolatieprogramma komt in 2023 en 2024 in totaal 300 miljoen euro extra beschikbaar voor woningisolatie. Gemeenten kunnen dit geld gebruiken voor het ondersteunen van bewoners, bijvoorbeeld via een straat-voor-straat aanpak van slecht geïsoleerde woningen. Ook worden de budgetten voor isolatiesubsidies verhoogd. Deze extra middelen komen bovenop de 4 miljard euro die tot 2030 beschikbaar is voor het Nationaal Isolatieprogramma.
Huishoudens met een inkomen tot 45.014 euro per jaar hoeven vanaf 1 november geen rente te betalen op een lening bij het Nationaal Warmtefonds om hun koophuis te verduurzamen.
Vanuit het Klimaatfonds worden middelen beschikbaar gesteld om het subsidieplafond van de ISDE in 2023 met 100 miljoen euro te verhogen.
Dan is er nog de 'Maatschappelijke Investeringssubsidie Warmtenetten' (MIW) om de aanleg van warmtenetten in de gebouwde omgeving te stimuleren. Of althans: die regeling is er nog niet, maar er is alvast 200 miljoen voor gereserveerd voor de periode 2023/2024.