De armste Nederlanders komen in hun buurt, op het werk en in de familie vooral in aanraking met mensen die net als zij weinig welvarend zijn. En de rijke Nederlanders komen steeds minder in aanraking met mensen met een gemiddelde of lage welvaart, concludeert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in een onderzoek naar de leefwerelden van de twintig procent rijkste en twintig procent armste Nederlanders tussen dertig en zestig jaar oud. Wel zien mensen met een herkomst in Marokko, Turkije en Syrië de welvaart toenemen in hun familiekring.
Hoewel de meeste Nederlanders wel allerlei verschillende mensen ontmoeten, is er volgens onderzoeker Lotte Vermeij reden tot zorg. Eenzijdige leefwerelden gaan gepaard met ongelijke kansen en staan sociale samenhang in de weg. Er bestaat meer maatschappelijke onrust in meer gescheiden buurten. Ook ervaren mensen daar minder binding met de samenleving en hebben zij minder vertrouwen in anderen.
Arme stedelingen hebben ook vaker een eenzijdige leefwereld dan arme mensen elders; zij hebben met name tussen 2011 en 2020 de welvaart in hun buurt zien afnemen. Overheidsbeleid speelt daarbij een rol; in deze periode werd minder geïnvesteerd in verbetering van kwetsbare wijken. Ook waren woningcorporaties in die tijd minder actief.
Tegelijkertijd, aldus Vermeij, is onder Nederlanders met een herkomst in Marokko, Turkije en Syrië sprake van een positieve ontwikkeling. “De leefwerelden van de weinig welvarende mensen uit deze groep zijn relatief eenzijdig, maar vanaf 2011 is hun leefwereld wel aanmerkelijk veelzijdiger geworden. Zij zagen de welvaart toenemen in hun familiekring.” De verklaring hiervoor is dat veel mensen uit deze herkomstgroep welvarender werden en dit werkt door in de leefwereld van degenen die minder welvarend zijn.
Tegelijkertijd worden vooral in de noordelijke Randstad – Amsterdam, Haarlem en in het Gooi - de leefwerelden van rijke inwoners eenzijdiger. Een belangrijke oorzaak hiervan is de forse stijging van de huizenprijzen. Huizenbezitters worden rijker en de regio wordt minder toegankelijk voor mensen met een gemiddeld of klein budget.
Het is volgens het SCP niet eenvoudig om iets aan de eenzijdige leefwerelden van rijke en arme Nederlanders te doen. Al ziet Lotte Vermeij kansen op het gebied van wonen. “De landelijke overheid heeft weer aandacht voor volkshuisvesting, spreiding van sociale huurwoningen in gemeenten en verbetering van wijken. Daarbij gaat dan niet alleen om de vraag wie waar woont, het gaat ook over hoe mensen elkaar kunnen ontmoeten. Dat vraagt om een aantrekkelijke openbare ruimte, breed toegankelijke voorzieningen en een verbindend verenigingsleven.”
Wel wijst Vermeij op nieuwe risico’s. Woningverduurzaming kan de komende jaren de verschillen tussen buurten vergroten. Welvarende woningeigenaren zijn meer bereid en in staat hun woning te verduurzamen. En gebiedsgerichte aanpak verloopt mogelijk soepeler in wijken met veel sociale cohesie, dan in wijken waar bewoners moeilijk tot collectieve actie komen. Terwijl wijken waar verduurzaming maar moeizaam op gang komt minder aantrekkelijk worden, kunnen de verduurzaamde wijken aantrekkelijk blijven voor welvarende bewoners.
Ook vraagt het SCP aandacht voor de invulling van de woningbouwopgave. Als nieuwe wijken middengroepen onttrekken aan gemengde wijken, zonder weinig welvarende bewoners op te nemen, dan kunnen de oudere, vaak minder duurzame wijken nog eenzijdiger worden dan ze al zijn. “Bij de invulling van de bouwopgave is het dus zaak te voorkomen dat ingrepen onbedoeld segregatie in de hand werken”, aldus de onderzoekers.