Bewonersinspraak en betrokkenheid bij de buurt vanuit je luie stoel. Het klinkt comfortabel. Toch loopt het niet storm op websites die bewonersparticipatie moeten bevorderen. Sites die bewonersgroepen zelf hebben ontwikkeld doen het beter. Voor de nieuwbouwmarkt is communicatie via internet onmisbaar, weten de ontwikkelaars. Een virtuele wandeling.
Begin oktober werd de website www.wenslauerstraat.nl in gebruik genomen. Vijf partijen (waaronder stadsdeel Oud-West, het Amsterdams Steunpunt Wonen en de woningcorporaties) namen het initiatief. Aanleiding is de grootscheepse renovatie van 86 woningen in deze straat in Oud-West. Op de site is actuele informatie te vinden over de toekomstige werkzaamheden en kunnen bewoners meepraten over de ontwikkeling van hun straat. Procesmanager Hanneke van der Ven: “De website is een communicatiemiddel voor alle betrokken partijen. Uit onderzoek bleek dat negentig procent van de bewoners in deze straat een computer ter beschikking heeft. De overige tien procent kan een computer gebruiken van het Opbouwwerk. We zijn echter nog maar kort in de lucht en kunnen dus nog niets zeggen over de respons.” De introductie-avond werd door een handvol buurtbewoners bezocht. Datzelfde geldt vooralsnog ook voor de website.
Dat de overheid zijn communicatie ook digitaal vorm geeft is niet meer dan logisch in dit virtuele tijdperk. De burger verwacht niet minder. Maar verandert er daardoor iets wezenlijk? Leidt het tot meer participatie, tot een vorm van directe democratie, meer invloed? Dergelijke vragen worden ook gesteld op www.westerstaatsman.nl. Het antwoord van stadsdeel Westerpark laat zich raden: “De E-burger krijgt het niet voor het zeggen. Zover gaat het niet. De eindverantwoordelijkheid blijft bij het stadsdeel, al was het alleen maar voor de centjes.” Deze buurtsite is een initiatief van het stadsdeel en werd begin 2002 in gebruik genomen met als doel directer met bewoners te kunnen communiceren. Alle stadsdelen en veel buurten hebben inmiddels websites. Dat een goed onderhouden site de dienstverlening verbetert, staat buiten kijf. Maar als publiek forum fungeren deze officiële webplekken maar matig. Een van de weinige gebruikers van de Westerstaatsman-site constateert dat het forum zestien maanden eerder voor de laatste keer is bezocht. ‘Deze website is een grote mislukking’, concludeert deze buurtbewoner.
Veel levendiger gaat het er toe op de ‘blogspots’ die in vele buurten zijn opgericht, zoals www.westerpark.blogspot.com. Die site is opgezet door “burgers die nooit om een stadsdeel hebben gevraagd en die liever geregeerd willen worden door een echte gemeenteraad in plaats van politieke amateurs”. Wordt er op de officiële site alleen gereageerd op de komst van een buurtvoetbalveldje en de gevreesde vestiging van een autospuiterij, op blogspot.com wordt behalve van bewonersperikelen ook gewag gemaakt van een alternatieve anti-oorlogsactie en de heropening van een coffeeshop. Ook de blogspot van de Indische Buurt (www.indischebuurt.blogspot.com) is een en al levendigheid. Door elkaar heen presenteren en profileren zich hier bewoners, lokale politici en ondernemers.
Tientallen Amsterdamse bewonersgroepen hebben inmiddels hun eigen website in elkaar geknutseld. Een handig hulpmiddel daarvoor komt van Cyas (www.cyas.nl). Met dit gereedschap kunnen belangstellenden in vijf stappen zonder programmeerwerk een standaard-site genereren. Cyas is een project dat tot eind dit jaar gefinancierd wordt door de EU en de gemeente Amsterdam. Daarna moet het project zich zelf bedruipen en wordt gebruikers een bijdrage gevraagd van ongeveer vijf euro.
Volgens projectleider Peter van de Wijngaart is er vooral bij bewonersgroepen grote belangstelling voor eigen websites. “Soms zijn die sites te bereiken via links op stadsdeelpagina’s, maar vaak kun je ook direct inloggen, zoals bijvoorbeeld op www.transvaalbuurt.net. Dat laatste vinden mensen vaak prettiger omdat gevreesd wordt voor censuur. Het is hoe dan ook een heel mooi hulpmiddel bij bewonersparticipatie. Zo kun je bijvoorbeeld fotootjes in je eigen buurt maken van zaken die niet kloppen. Die sites worden gretig bezocht door stadsdeelbesturen, want die hebben er alle belang bij om te weten wat er speelt bij de bewoners. Daarnaast is het een uitstekende manier om te communiceren met je buren.”
Virtuele gemeenschap
Voor de woonsector zal het belang van internet alleen maar toenemen. Het is de manier om bewoners volledige en actuele informatie te bieden op een moment dat het hen uitkomt. Het betrekt wellicht ook groepen die zich niet vertonen op de traditionele inspraakavonden. Voor de ontwikkelaars is het internet al één van de belangrijkste kanalen om potentiële kopers te bereiken. Op IJburg hebben we bovendien gezien dat de virtuele buurtontwikkeling soms voorloopt op de fysieke. Ontwikkelingsbedrijf AM (Amstelland Multi Development Corporations) biedt toekomstige bewoners van nieuwbouwcomplexen inmiddels eigen websites aan. Daarvan zijn er al zestig actief. Rob van der Schoot van de stafafdeling Internet: “Het is een soort virtuele gemeenschap waarop toekomstige bewoners alvast kennis kunnen maken met hun buren en mee kunnen praten over het ontwerp van hun eigen woning. We hebben op deze manier veel sneller in de gaten wanneer er iets mis gaat bij de bouw. Dat is prettig voor de nieuwe bewoners, maar ook voor ons. Communicatie via internet is onmisbaar geworden voor de nieuwbouwmarkt.”
Janna van Veen
Op www.buurt-online.nl/amsterdam zijn praktisch alle sites van Amsterdamse buurten te vinden.