Het Hembrugterrein wordt ooit de nieuwe parel van de Amsterdam Metropool. Zo verwacht wethouder Hans Luiten van de gemeente Zaanstad. “Nieuw Hembrug biedt een toplocatie voor werken, recreatie en toerisme.”
Het Hembrugterrein, decennia in gebruik bij Defensie, is grotendeels afgesloten gebied. Daarop staan zo’n 140 monumentale gebouwen. Zie hier voor meer foto’s. (Fotograaf Nico Boink)
Het Hembrugterrein op de grens van Amsterdam en Zaanstad ligt al vijftien jaar braak. Lange tijd eiste het Rijk, eigenaar van het 45 hectare omvattende gebied, een meer dan stevige opbrengst, inclusief sanering van het vervuilde terrein voor rekening van de nieuwe eigenaar. “Niet gek dat het niet is verkocht. Met ongelooflijk veel ambtelijk en bestuurlijk duwen en trekken hebben we uiteindelijk met minister Cramer de deal gesloten dat zij optreedt als opdrachtgever voor de herontwikkeling,” aldus Luiten.
Hij ziet het terrein als een scharnierpunt tussen Amsterdam en Zaanstad. “Met een snelle boot ben je in 7 minuten van de voormalige NDSM-werf op het meer westelijk gelegen Hembrugterrein. Ga vervolgens de Zaan op en je bereikt het nieuwe centrum van Zaanstad. Het is dus niet meer dan logisch om de ontwikkeling van de Zaan en de Noordelijke IJ-oever in samenhang te zien.”
Luiten is optimistisch over de mogelijkheden. “De schaal is natuurlijk een stuk groter dan het NDSM-terrein, toch is het is voor mij geen vraag of de herontwikkeling gestalte zal krijgen. We weten alleen nog niet in welk tempo de ontwikkeling zich zal aftekenen. Maar de belangstelling vanuit het bedrijfsleven is enorm. Dat is een heel goed teken.”
Op het Hembrugterrein – vele decennia in gebruik bij Defensie onder meer voor de productie van munitie - staan zo’n 140 monumentale gebouwen. Bijna de helft daarvan heeft een plek gekregen op de gemeentelijke- of rijksmonumentenlijst. Tussen de gebouwen bevindt zich unieke natuur, inclusief een heel oud kleibos. Bovendien is er een overdaad aan ruimte voor nieuwbouw. Toekomstig gebruik staat in het teken van werken en recreëren. De gebruikers moeten tussen die oude bedrijfsgebouwen van de natuur kunnen genieten. Luiten denkt daarbij aan de vestiging van ‘noeste’ creatieve bedrijven. Interieurontwerpers, decorbouwers, architecten, theatergroepen. Het moet naar zijn smaak ook een plek worden waar op het gebied van vrijetijdsbesteding veel te doen zal zijn. Het moet zo aantrekkelijk worden dat Amsterdammers op zomerse dagen graag de oversteek wagen.
Weinig woningen
Woningbouw speelt op Nieuw Hembrug slechts een bescheiden rol. “Wonen is iets voor de heel verre toekomst. De huidige milieucontouren maken woningbouw vrijwel onmogelijk. Alleen op de noordpunt kunnen enige tientallen woningen worden gebouwd. In de toekomst zal dat misschien veranderen. Daarom is het wel belangrijk dat gebouwen zodanig worden herontwikkeld, dat zij op enig moment van functie kunnen veranderen.”
De vestiging van bedrijven vraagt om bijzondere maatregelen, zoals een snelle bootverbinding tussen Amsterdam en Zaanstad. “Dat kan maken dat het IJ die belangrijke verandering doormaakt; van de eeuwige scheidslijn naar het binnenwater van de Metropool.” Rijk en provincie Noord-Holland hebben onlangs 8 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de eerste ingrepen op het terrein. Dat geld wordt vooral gebruikt om de verloedering van de oude monumentale gebouwen te stoppen. En voor de aanleg van nutsvoorzieningen.
Uiteindelijk moet het terrein worden verkocht aan een marktpartij. Om goede ideeën op te doen, organiseren het Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf, provincie Noord-Holland en de gemeenten Zaanstad en Amsterdam een zogeheten open marktconsultatie. In eerste aanleg hebben zich achttien marktpartijen aangemeld. Zes consortia krijgen de mogelijkheid tot half juni hun voorstellen nader uit te werken. Daarna zal een jury met onder anderen Rijksbouwmeester Liesbeth van der Pol de plannen beoordelen. “De markconsultatie heeft tot doel samen met private partijen te komen tot een aanscherping van het programma van eisen.”
Luiten is verheugd dat ook Amsterdamse corporaties belangstelling hebben voor het gebied. Eigen Haard, Ymere, de Key en Stadgenoot maken deel uit van de verschillende consortia. “Ook de Amsterdamse corporaties hebben ontdekt dat het een perfecte plek is. Almere wordt vaak als de dubbelstad van Amsterdam gezien, maar Zaanstad is de echte dubbelstad. “