Er is in ons land veel geregeld. Dat geldt ook voor Amsterdam, en zeker voor het terrein van het wonen. Voor de woningtoewijzing zijn bijvoorbeeld talloze regels verzonnen om te waarborgen dat er eerlijk en rechtvaardig wordt verdeeld. Die regels zijn ontwikkeld vanuit begrijpelijke en achtbare motieven. Maar al die regels hebben ook hun prijs. Soms is het middel erger dan de kwaal.
De opinie van Hans van Harten Van Harten is directeur van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties (AFWC) |
Neem de woningtoewijzing. Sinds het aanbodmodel (WoningNet) is geïntroduceerd, ligt het initiatief bij de woningzoekende. Dat is winst. Maar nog steeds schrijven de regels voor waar iemand mag wonen en waar niet. Het wemelt van de bezettingsnormen, inkomenseisen en voorrangsregelingen. We vinden dat iemand met een hoger inkomen niet in een kernvoorraad-woning mag en een alleenstaande geen recht heeft op een grote woning.
Natuurlijk, we verdelen - nog steeds - de schaarste. Maar wat een bureaucratie levert dat op; eindeloos rapporteren we over effecten en consequenties. Het kan ook anders. In de regio Arnhem-Nijmegen is bijvoorbeeld radicaal een streep door heel veel van die regels gehaald. Noemenswaardige negatieve gevolgen leverde het niet op, wel veel meer tevreden klanten. Een verademing.
Neem het huurbeleid. In een schaarse markt moeten huurders worden beschermd. Dat is logisch en terecht. Maar een jarenlang beleid van getemperde huren heeft in Amsterdam wel geleid tot een heel scheve woningmarkt. De marktwerking is vrijwel uitgeschakeld. Veel mensen met een hoger inkomen wonen in goedkope woningen op prima locaties. Die blijven zitten, al was het maar vanwege het ontbreken van een passend aanbod. Of de woningen worden illegaal onderverhuurd. Terwijl er een 'overmaat' is aan goedkope huurwoningen komen de mensen voor wie die regels zijn bedacht, moeilijk aan de bak.
In plaats van regels te schrappen en de markt meer zijn werk te laten doen, zoeken velen de oplossing in weer nieuwe regels, zoals een huurbelasting. Dat is een heilloze weg. Meer ruimte, op een verantwoorde manier, in het huurbeleid biedt mogelijkheden voor meer investeringen in de voorraad. Dan kan, aanvullend op de nieuwbouw, ook in de voorraad een passend, aantrekkelijk aanbod worden gecreëerd. Dan hebben mensen echt iets te kiezen en dat zullen ze ook doen.
Neem de verkoop van sociale huurwoningen. We hebben nu gelukkig een verkoopconvenant dat corporaties in staat stelt binnen afspraken woningen te verkopen. Maar argwaan ligt om de hoek. . Want is verkoop wel goed? Wat betekent dat voor de zittende huurders? Worden niet de slechte woningen verkocht?
Terwijl nog geen fractie van het afgesproken aantal aan de man is gebracht, worden al weer regels verzonnen voor de situatie dat er teveel wordt verkocht. Tellen we op zeven manieren hoeveel woningen waar in de stad worden verkocht. Want oh wee als de verkeerde woningen worden verkocht. Stellen we kwaliteitseisen op die in het verkeer tussen stadsdeel en corporatie een eigen leven gaan leiden. Wordt voorgeschreven dat alleen grote woningen mogen worden verkocht. Staan er via de erfpacht alweer 'stokken achter de deur' klaar om in te grijpen als het niet goed gaat.
Mensen kunnen toch zelf bepalen welke kwaliteit ze willen kopen en welke niet? De overheid weet toch niet alles beter? Geef de consument maar meer macht. Laat corporaties maar een kwaliteitsgarantie afgeven waarop de koper de verkopende corporatie kan aanspreken. Eventueel voor de rechter. Dan heb je al die regels niet meer nodig.
Loslaten is naar mijn mening een betere strategie, maar wij verstaan deze kunst nog niet echt. Goedbedoelde regels werken vaak averechts uit. Ze gaan een eigen leven leiden in een sfeer van angst en krampachtigheid. En angst is een slechte raadgever. Natuurlijk moet je op kaders regelen en daarover afspraken maken. Toets achteraf wat daarvan terecht is gekomen. En we moeten niet op elk potentieel probleem reageren door nog meer regels te verzinnen. Een overmaat aan regels is contraproductief en zit de marktwerking in de weg.
Als we de andere weg bewandelen zullen we zien dat we veel ambities op het gebied van het wonen beter kunnen waarmaken. En dat mensen heel goed zelf kunnen kiezen.