In de eerste twee kwartalen van 2023 zijn circa 2.100 flexwoningen opgeleverd, terwijl er vorig jaar in totaal 3.400 zijn gerealiseerd. Demissionair minister Hugo de Jonge hoopt dit jaar nog altijd circa 12.000 flexwoningen te realiseren. Dat schrijft hij in een brief aan de Kamer. Daarin staat ook dat hij nog altijd zoekt naar kopers voor 1.164 van de tweeduizend flexwoningen die al door het Rijk zijn gekocht en gedeeltelijk gebouwd. Daarvan zijn er slechts 84 geplaatst en voor 744 contracten gesloten met gemeenten, woningcorporaties en het Centraalorgaan Opvang Asielzoekers.
Om een industriële productiestroom van flexwoningen op gang te brengen trok het kabinet vorig jaar 200 miljoen euro uit voor de bouw van zo'n tweeduizend stuks. Die konden daardoor zonder vertraging uit voorraad worden geleverd aan gemeenten en woningcorporaties. Maar de eerste honderden afgebouwde woningen verdwenen grotendeels in de opslag. Gemeenten en woningcorporaties stonden niet op de stoep om ze te plaatsen.
Het laatste kabinet Rutte zette in op de bouw van 37.500 flexwoningen in de periode 2022-2024. De bouw van tijdelijke huizen zou de snelste manier zijn om het woningtekort terug te dringen. Om een productiestroom op gang te brengen bestelde het Rijksvastgoedbedrijf er alvast 2.000. Daarnaast kwam demissionair minister Hugo de Jonge met subsidies en een herplaatsingsgarantie om de financiële risico's van gemeenten en corporaties te beperken.
Maar flexwoningen zijn sneller gebouwd dan geplaatst. "De praktijk blijkt weerbarstiger dan gehoopt", aldus minister Hugo de Jonge op 2 mei al een Kamerbrief. Er zijn ook bij tijdelijke bouw veel hobbels te nemen: er moet deskundig personeel vrijgemaakt en locaties worden gevonden en geschikt gemaakt. En ook bij tijdelijke bouw moeten tijdrovende ruimtelijke procedures worden doorlopen, infrastructuur aangelegd en bezwaren van omwonenden worden gepareerd. Ook sluiten de door het Rijk bestelde woningen niet altijd aan bij lokale wensen.
Achterstand op doelstelling
De minister herhaalt in zijn nieuwe Kamerbrief de verwachting dat er dit jaar nog altijd 12.000 flexwoningen kunnen worden gerealiseerd, al staan de meeste daarvan in de laatste maanden van dit jaar ingepland. Zelfs als dat lukt verdwijnt de doelstelling van 37.500 huizen in de periode 2022-2024 uit het zicht. Er is wel een duidelijke groei in het aantal bouwplannen. Zo is de plancapaciteit voor flexwoningen voor volgend jaar 16.000 flexwoningen. Maar de praktijk leert dat lang niet alle geplande woningbouwbouw (volgens planning) wordt gerealiseerd.
Ook in Metropoolregio Amsterdam ontbreekt het niet aan initiatieven. Zo is er een overeenkomst met het Rijk afgesloten om de komende jaren 5.000 flexwoningen te bouwen. Maar ook in Amsterdam blijkt hoe weerbarstig de praktijk is. Bij een bescheiden locatie voor 63 woningen in Noord procedeerden buurtbewoners tot aan de voorzieningenrechter. Een tweede locatie in Riekerhaven voor 200-250 flexwoningen hebben de corporaties afgewezen omdat het financieel te risicovol zou zijn. En bij een derde locatie in Zuidoost zijn de plannen nog niet concreet.