Amsterdammers moeten voorrang krijgen op de Amsterdamse woningmarkt, zo vindt SP-lijststrekker Laurens Ivens. "Amsterdam is niet van de beleggers, maar van de mensen", luidt zijn credo bij de komende verkiezingen. Anderen, zoals D66-lijsttrekker Reinier van Dantzig, willen juist vasthouden aan die toegankelijke stad. "Wij willen geen hek om de Amsterdamse woningmarkt."
JALaurens Ivens(wethouder Wonen en lijsttrekker SP in Amsterdam)
“Het grote geld regeert de woningmarkt. Steeds meer woningen komen in bezit van particuliere beleggers. En expats kunnen in vergelijking met Amsterdamse woningzoekenden een hogere prijs betalen. Dat zorgt voor torenhoge koop- en huurprijzen. De prijzen zijn inmiddels tot zo’n hoogte zijn gestegen, dat onze senioren, gezinnen en starters in de verdrukking komen. Jongeren moeten tot hun dertigste bij hun ouders wonen, omdat zij in onze stad niet een eigen huur- of koopwoning kunnen bemachtigen. Dat mogen wij toch niet laten gebeuren? Daarom doet de SP het voorstel elk jaar de eerste vijfduizend nieuwe huur- en koopwoningen specifiek te bestemmen voor Amsterdammers. Daarover kunnen bij nieuwe gronduitgiften harde afspraken worden gemaakt. Het gaat ons specifiek om marktwoningen, niet om de sociale sector. Daar speelt dat probleem niet. Voor sociale huur gelden lange wachtlijsten. Die mensen wonen al in Amsterdam, maar op de vrije markt komt een gewone Amsterdammer nauwelijks meer aan bod. Onze aanpak levert bovendien een positieve bijdrage aan de doorstroming. Als een oudere een kleiner, beter passend huis betrekt, dan komt weer een woning beschikbaar voor een gezin. Voorrang maakt wonen niet goedkoper, dat begrijpen wij ook wel. Maar de kans dat een Amsterdammer – in ons verkiezingsprogramma denken we aan iemand die drie jaar in de stad woont of studeert, maar over de precieze voorwaarden valt te onderhandelen - een woning vindt neemt dan wel toe.”
| NEEReinier van Dantzig (fractieleider en lijsttrekker van D66 Amsterdam)
“We zijn tegen een dergelijk voorrangsbeleid. Amsterdammers met een middeninkomen hebben het zwaar op de woningmarkt. De afgelopen jaren hebben hordes Amsterdammers, van gezinnen en starters tot singles en tweeverdieners, de stad moeten verlaten. Hen biedt Ivens geen soelaas. De eis dat iemand drie jaar in de stad moet wonen is een straf voor mensen die tijdelijk elders hebben gewoond en blokkeert de komst van nieuwkomers. Wij vinden het bord ‘verboden voor nieuwkomers’ ook niet passen bij het DNA van onze stad. Amsterdam is van oudsher een open stad. Het is onze hoofdstad; de stad waar iedereen welkom is. Of je nou uit Doetinchem (geboorteplaats Ivens -red.) of Damascus komt, iedereen is in principe welkom. Of je naar onze stad komt om te studeren, of omdat je denkt hier een baan of je lief te kunnen vinden; ik wil geen onderscheid maken op basis van de geboorteplek. Iedereen moet evenveel kans krijgen op een woning in Amsterdam. Natuurlijk, de druk op de woningmarkt is groot. Die pijn moet eerlijk worden verdeeld. Het betere antwoord is, dat we fors inzetten op woningen voor middeninkomens. Dat kan door corporatiewoningen beschikbaar te maken. Wij zijn voor verkoop uit de corporatievoorraad in Noord, Zuidoost en Nieuw-West. En we pleiten voor extra nieuwbouw. Als er meer voor middeninkomens wordt gebouwd, dan komt de doorstroming uit de sociale voorraad ook op gang. Nogmaals, we willen niet een nieuw soort protectionisme.” |
Tekst: Bert Pots
Het voorstel van de SP krijgt ook bij andere partijen weinig handen op elkaar. Zie: verslag NUL20 verkiezingsdebat 12 februari