De Stadsregio Amsterdam kan de oplopende aantallen statushouders slechter huisvesten dan de rest van Nederland. Dat komt voornamelijk op het conto van de hoofdstad zelf, hoewel landelijke gemeenten als Landsmeer, Beemster en Zeevang relatief veel slechter presteerden.
Elke Nederlandse gemeente is verplicht naar rato van inwonersaantal woonruimte beschikbaar te stellen voor verblijfsgerechtigde vluchtelingen. Met het aanzwellen van de vluchtelingenstroom lopen die aantallen snel op. Toch lukte het veel gemeenten in 2015 nog redelijk aan de landelijke taakstelling te voldoen. De hoofdstad echter bij lange na niet. Hoewel Amsterdam in 2015 de meeste statushouders van alle Nederlandse gemeenten heeft gehuisvest, liep de meerjarige achterstand vorig jaar verder op, tot 912. Amsterdam kreeg in 2015 de taak om 1377 statushouders te huisvesten, maar bleef steken bij 1006. Daarbij dient aangetekend dat dit laatste aantal al tweeënhalf keer zo veel is als het jaar ervoor; toen werden 400 statushouders gehuisvest.
Het Amsterdams college zegt er alles aan te willen doen zich te houden aan de landelijke taakstelling. Het heeft aangekondigd in 2016 niet alleen de taakstelling van 2016 te vervullen maar ook het resterende deel van de taakstelling 2015 (371 statushouders) in te lopen. De meeste statushouders worden nog altijd gehuisvest in reguliere corporatiewoningen. Alternatieve plannen voor woningdelen, huisvesting via campuscontracten en de bouw van extra simpele wooneenheden via transformatie of tijdelijke bouw blijken complex en tijdrovend. Dat levert pas in 2016 extra woonruimte op.
Ondanks de enorme druk op de Amsterdamse woningmarkt doet de hoofdstad het relatief nog niet eens het slechtste in de regio. Gemeenten als Waterland, Zeevang, Beemster en Landsmeer scoren slechter. Aalsmeer, Oostzaan en Zaanstad brengen juist weer meer statushouders onder dak dan hun wettelijke taak.
Bron: rijksoverheid.nl, overzicht vergunninghouders
Zie ook: Amsterdam wil dit jaar 2040 statushouders huisvesten (15-01-2015)