Zaanstad gaat voortaan voor nieuwbouwlocaties vooraf vastleggen hoeveel sociale huurwoningen er moeten worden gebouwd. Zaanse woningcorporaties gaan zich op hun beurt actief inzetten om grondposities te verwerven. Daarmee moet de bouw van sociale huurwoningen in de gemeente Zaanstad worden versneld naar driehonderd per jaar.
Gemeente, corporaties en huurders hebben afgelopen week de Prestatieafspraken 2019 ondertekend. PvdA-wethouder Songül Mutluer vindt het belangrijk de bouw van sociale huurwoningen te versnellen. Zaanstad telt meer dan 25.100 sociale huurwoningen, maar dat aantal is niet voldoende. De toenemende druk op de woningmarkt en de lange wachtlijsten vragen volgens de wethouder om meer ambitie. “De afgelopen jaren is de productie van nieuwe sociale huurwoningen gestagneerd, maar de komende jaren gaan we versnellen. Samen met de corporaties hebben we de lat hoog gelegd: we willen naar driehonderd nieuwe sociale huurwoningen per jaar.”
In 2019 zullen slechts zeventig nieuwe sociale huurwoningen gebouwd. Voor de twee jaar daarna zou de productie op basis van bestaande plannen kunnen stijgen naar gemiddeld 220 woningen, maar dat vinden gemeente en corporaties feitelijk onvoldoende. Een stijging van de productie met ruim 35 procent moet worden bereikt door actief locatiebeleid en heldere afspraken met projectontwikkelaars. “ZVH, Parteon, Rochdale, Eigen Haard, WormerWonen en Woonzorg Nederland willen graag investeren in de bouw van extra sociale huurwoningen”, zo laat directeur Harry Platte van Parteon weten. “Maar net als de gemeente hebben woningcorporaties weinig bouwlocaties. Daarom is het zo belangrijk dat marktpartijen weten dat in Zaanstad bij veel nieuwbouwlocaties een deel wordt aangewezen voor sociale woningbouw. Alleen het toevoegen van sociale nieuwbouw helpt echt om de lange wachtlijst terug te dringen.’
Verder zijn er afspraken gemaakt over het verduurzamen van duizend woningen, nieuwe woonconcepten voor ouderen en kwetsbare huurders, tijdelijke huurcontracten voor jongeren en het opstellen van een gezamenlijk warmte-transitieplan.