De nieuwe editie van het Jaarboek voor Architectuur 2020/2021 toont ons zoals gebruikelijk de jaarlijkse oogst aan aansprekende Nederlandse architectuur. Op de voorkant prijkt het zeer geslaagde Spaarndammerhart, een eigentijds wooncomplex dat naadloos aansluit bij Amsterdamse Schoolbuurt.
Het overkoepelende thema van de 34ste editie van het Jaarboek is 'Home Stretch': de directe woonomgeving, gemeenschapszin en de relatie tussen architectuur en gentrificatie staan centraal in de redactionele artikelen.
Een van de bijdragen is van Massih Hutak, een essay met de titel De solidaire stad. Deze rapper en Parool-columnist groeide op in Plan van Gool in Amsterdam Noord. Hij is lid van bewonerscollectief Verdedig Noord dat het stadsdeel wil behoeden voor verdere gentrificatie. Hutak is zoals hijzelf al aangeeft geen architect of stedenbouwkundige. Hij is bewoner en spreekt vanuit 'de ziel' van de omgeving waarin hij opgroeide. 'Die geeft uiteindelijk betekenis aan de steden, het beton, de stenen en de muren'.
Volgens Hutak leidt gentrificatie tot uitsluiting. 'Woningen, buurten, scholen, openbare ruimte en publieke voorzieningen zijn decennia verwaarloosd omdat er demografisch gezien geen economisch interessante groep woonde. Al die voorzieningen en woningen worden nu massaal opgeknapt en vernieuwd. Wij, de oorspronkelijke bewoners die daar al decennia lang om vragen, moeten weg.'
Hutak roemt het sociale karakter van het stadsdeel. Met Verdedig Noord probeert hij samen met tientallen professionals uit sociaal-maatschappelijke en culturele hoek de kracht en de waarde van de informele hulporganisaties te behouden en te versterken. Volgens Hutak heeft de massale komst van nieuwe noorderlingen ingrijpende gevolgen voor de sociaal-economische positie van de oorspronkelijke bewoners: opgedreven huizenprijzen, verkoop van sociale huurwoningen, verdwijnen van buurtwinkels en buurthuizen die worden getransformeerd tot broedplaatsen.
Volgens de rapper moeten juist architecten durven bouwen en denken vanuit de behoeften van de mensen voor wie ze bouwen. Daarvoor moeten architecten ook hun oor te luisteren leggen bij de bewoners. 'Ze moeten komen, bouwen en vertrekken in solidariteit. Terwijl in Overhoeks het ene na het andere luxe appartement met allerlei technologische voorzieningen uit de grond wordt gestampt, kampen bewoners nog geen honderd meter verderop met loden leidingen, slechte ventilatie en isolatie met alle negatieve gevolgen voor hun gezondheid van dien.'
Het verhaal van Hutak over de ingrijpende ontwikkelingen in stadsdeel Noord gaat natuurlijk op voor heel veel plekken in Nederland en de rest van de wereld. Zo stelt redacteur van het Jaarboek Teun van den Ende zichzelf in zijn essay de vraag hoe architectuur kan bijdragen aan het vormgeven van gemeenschappelijkheid waarbij hij over de grenzen heen kijkt. Als voorbeeld noemt hij het Franse architectenduo Lacaton &Vassal. Zij spelen in op de noden van gemeenschappen en zijn in staat kostbare materialen opnieuw te gebruiken zonder concessies te doen aan de architectonische kwaliteit. Hierdoor is menig sloopplan van tafel geveegd en werden alternatieven ontwikkeld die de zittende bewoners een toekomstperspectief bood.
Jaarboek Architectuur in Nederland 2020/2021; uitgever Nai010; samenstelling Kirsten Hannema, Teun van den Ende en Arna Mackic; Engels/Nederlands; 176 pag.; € 39,95; ISBN: 978-94-6208-621-0.