Amsterdam trekt de komende vier jaar jaarlijks 15 tot 20 miljoen euro van het budget voor stedelijk beheer uit voor nieuwe, slimme projecten op het gebied van klimaatadaptatie in de openbare ruimte en het groen. Samen met de Amsterdamse kennisinstelling AMS Institute worden nieuwe oplossingen voor de openbare ruimte ontwikkeld, getest en in de praktijk gebracht. Dit kan gaan om projecten voor opvang van regenwater, voor het vergroenen van de openbare ruimte of gebouwen, of voor warmte- en koudeopslag. De projecten moeten ervoor zorgen dat de stad beter bestand raakt tegen extremer weer als gevolg van klimaatverandering.
Wethouder Laurens Ivens (Openbare Ruimte en Groen): “We zien steeds vaker grote overlast en schade door extreme hitte, droogte of hoosbuien. Door onderzoek naar nieuwe, slimme oplossingen standaard onderdeel te maken van het onderhoud van de stad, kunnen we de openbare ruimte toekomst- en klimaatbestendiger inrichten. Daarmee kunnen we onze stad sneller aanpassen aan nieuwe weersomstandigheden en zorgen dat andere steden hier ook van kunnen profiteren.”
Er zijn de afgelopen jaren al onderzoeksprojecten op dit terrein gestart. Zo was er het project Smartroof 2.0 naar slimme wateropvang op 'blauwgroene' daken. In het kader van het RESILIO-project wil een tiental partijen, waaronder corporaties, voor eind 2021 10.000 m2 van deze blauwgroene daken aanleggen op locaties die gevoelig zijn voor wateroverlast. De gemeente wil ook kunstgrasvelden waterbergend maken; uit onderzoek bleek dat die bij hitte veel koeler blijven (tot wel 26 graden minder heet).
AMS Institute werkt sinds haar oprichting in 2014 nauw samen met Amsterdam aan stedelijke uitdagingen, zoals op het onderwerp klimaatbestendige stad. Door deze samenwerking krijgt de gemeente ook toegang tot de kennis en expertise van de Wageningen University & Research en de Technische Universiteit Delft.
Grote steden zijn kwetsbaar voor extreme hitte, droogte en regenval. Het kan bij warm weer in de stad wel zes graden warmer zijn dan daarbuiten, vooral omdat steen hitte vasthoudt. Ook kan regenwater in bebouwd gebied minder goed in de grond wegzakken. Daarom wordt er geëxperimenteerd met waterbeheer: water wordt opgeslagen op daken, onder wegen, bermen, tramrails en onder sportvelden. Bij hitte en droogte kan dit water weer worden ingezet om de stad te koelen.