Op de omslag prijkt nog zo’n typisch architectonisch hoogstandje. Een overweldigende maar curieuze stapeling glazen blokken die in de verte aan de beelden op Paaseiland doen denken. Rem Koolhaas gaf Rotterdam een nieuwe landmark aan de Maas, maar de bewoners erachter zullen dit vooral beoordelen in termen van licht en schaduw.
Het is daarom opvallend dat de redactie van dit jaarboek zoveel aandacht besteedt aan woningbouw en dan ook nog aan ‘context’. Waarmee bedoeld wordt dat architecten oog moeten ontwikkelen voor de bestaande omgeving waarvoor zij ontwerpen.
Nu de tijd van grootscheepse stedenbouwkundige planning achter ons lijkt te liggen, wordt de direct omgeving waarin tegenwoordig wordt gebouwd vanzelf belangrijker. Het is dus aan de architect zijn perspectief te verbreden. En daar zien we in dit jaarboek ook geslaagde voorbeelden van.
Zoals de twee op Berlage geïnspireerde woonblokken aan de Amsterdamse Transvaalkade. Arjen Hoogeveen ontwierp niet alleen met respect voor traditie, hij schiep niettemin ook een straat met eigen signatuur, hoofdzakelijk door de zandgele geplooide gevels. Eenzelfde zorgvuldige invulling vinden we in de herstelde Wenslauerstraat. Nieuwe huizen, op het formaat van het bestaande en toch ‘nieuw’.
Redacteur Tom Avermaete pleit in een eigen essay voor die andere relatie tussen gebouw en territorium. Hij wijst er op dat die aandacht voor ‘context’ in Nederland in de jaren tachtig al een periode populair was onder architecten. De architect als ombouwer van de stad, in plaats van visionaire schepper op een kaalgeslagen buurt. Het vereist natuurlijk wel dat hij het oor te luisteren legt bij een veelheid aan partijen, waaronder buurtbewoners.
Architectuur in Nederland, jaarboek 2013/2014, samengesteld door Tom Avermaete c.s, nai010 uitgevers Rotterdam, groot formaat paperback, 176 pagina’s, ISBN 978946208, €39,50
Nederlands- en Engelstalig