Nu het tijdperk van de grootschalige stedelijke vernieuwing voorbij lijkt, wordt nagedacht over alternatieven. In dit boek wordt dit gedaan vanuit het standpunt van de ontwerper. De ondertitel is dan ook: pleidooi voor ontwerpkracht.
Behalve het beschrijven van de geschiedenis en de toekomst van de stadsvernieuwing, gaan de auteurs ook dieper in op wat we van ruimtelijk ontwerpers mogen verwachten. Dat is vooral analytisch vermogen en het zoeken naar samenhang. Plus ‘matchmaking’ tussen alle partijen.
Het boek bevat onder andere ontwerpstudies waarin wordt getoond op welke wijze probleemwijken aansluiting kunnen vinden bij het grotere geheel van de bestaande stad. Daarbij is aandacht voor infrastructuur, publieke ruimte en economie.
Om het allemaal concreet te maken en niet te verzanden in stedenbouwkundig en beleidsmatig mumbo jumbo, worden vier probleemwijken nauwkeurig onder de loep genomen. Behalve het Leidse Havenkwartier, de Schilderswijk in de Den Haag en Rotterdam Feijenoord is dat ook de Indische Buurt van Amsterdam, met name het Flevopark (1920).
De auteurs betogen dat dit park door de groei van nieuwe buurten - IJburg, Sciencepark - steeds minder aan de buitenrand van de stad ligt. Maar het park is volgens hen daarop nog aangepast. Het zou versnipperd en weinig toegankelijk zijn. Het Londense bureau East laat zien hoe het ook kan. Bijvoorbeeld door van het Javaplantsoen een ingang te maken en een nieuwe fietsroute aan te leggen. Hun plan berust op een stapsgewijze benadering van vernieuwing, maar wel met een lange termijnvisie en aandacht voor de samenhang van mogelijke interventies. En het geld voor die investeringen? Dat zou in dit geval uit de reguliere gemeentelijke budgetten moeten kunnen komen. Aldus de plannenmakers.
Vernieuwing van de stadsvernieuwing, pleidooi voor ontwerpkracht, Henk Engel c.s., Uitgeverij Trancity Amsterdam, paperback, 196 pagina’s, ISBN 9789078088837, €24,50