Zo’n veertig jaar geleden begon het ‘groeikernbeleid’ zijn opmars in Nederland. Het kwam neer op versnelde en vooral functionele bouw rond grotere steden, zodat een overloop van woningzoekenden mogelijk werd. Inmiddels wonen er (volgens een cijfer van begin 2012) ruim 860.000 mensen in plaatsen als Almere, Purmerend, Haarlemmermeer, Houten of Nieuwegein. Maar de Schwung is er uit. Wat eerst een gewilde verzamelplaats werd van groenminnende pioniers lijkt inmiddels meer op een vergaarbak van minder kansrijke burgers.
Om te voorkomen dat er nog meer kostbare krachtwijken bij komen is enige haast geboden, maar in welke richting moet de oplossing worden gezocht? Moet het suburbane en enigszins monotone karakter van de kernen behouden blijven en kan worden volstaan met het aanbieden van meer en stedelijker woningtypen? Of is een echte verstedelijking geboden, met nieuwe functies, zoals een cultureel aanbod of een hogeschool? Wethouders die hun plaats willen laten ‘bruisen’ zijn er namelijk volop.
In deze Atlas Nieuwe Steden gaan de auteurs op zoek naar een mengvorm die ze ‘suburbane stedelijkheid’ noemen. Een gedurfde en paradoxale onderneming, want ‘suburbaniteit’ moet het in Nederland vooralsnog stellen zonder definitie. Dat de kernen (met uitzondering wellicht van Houten) zullen doorgroeien tot middelgrote steden staat voor de auteurs ondertussen wel vast. In niet altijd even heldere bewoordingen worden mogelijke ontwikkelingen afgetast. Uiteraard afgezet tegen de latere VINEX-wijken en het concept van de compacte stad.
Naar een inhoudsopgave is het helaas lang zoeken, maar het boek is logisch opgebouwd. De groeikernen worden allereerst onder meer bekeken vanuit het perspectief van ontwerp, planning en daadwerkelijke productie. Het wemelt dan ook van de kaarten in dit boek, want ‘hoe deze in te kleuren’ vormt het hoofdthema. Vaak overigens botsten ideeën over flexibele ontwikkeling van deze gebieden met de rigiditeit van bestaande bestemmingsplannen. (De keuze van de groeikernen werd daarom mede bepaald door de aanvankelijke bestuurlijke respons.)
Daarna komt de toekomst aan bod.
De sprekende foto’s van Theo Baart tenslotte, doen - wellicht onbedoeld - vrezen dat er aan de groeikernen nog flink gesleuteld moet worden om de leefbaarheid voor de komende decennia te waarborgen.
Atlas Nieuwe Steden, de verstedelijking van de groeikernen, Arnold Reijndorp c.s., Trancity*Valiz Amsterdam, paperback, 360 pagina’s, ISBN 9789078088622, €29,50. Het boek kwam voort uit een onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving.