In de 14e editie van de ‘Atlas voor gemeenten’ worden de 50 grootste gemeenten van Nederland als vanouds weer onderling op veertig punten vergeleken. Hoe staat het er momenteel voor met de vergrijzing, de huizenprijzen of de podiumkunsten in bijvoorbeeld Purmerend, Zaanstad of Amsterdam? Waar groeit de bevolking en waar willen mensen zich het liefst vestigen? Interessant cijfermateriaal voor iedere bestuurder. Maar de Atlas biedt meer. Zoals ieder jaar wordt een thema uitgediept en ditmaal wijden Marlet en Van Woerkens zich aan de ‘ideale gemeentegrootte’.
Het Rijk hevelt meer en meer taken over naar gemeenten, maar diezelfde gemeenten worstelen met overheidsbezuinigingen en afnemende grondopbrengsten. Een antwoord op de vraag naar de beste schaal voor lokaal beleid wordt daardoor steeds dringender. Blijven er straks nog honderd gemeenten over, zoals de voorzitter van de VNG, Ralph Pans, suggereerde? Of verdwijnt het middenbestuur en zijn we op weg naar zo’n dertig Nederlandse regio’s? En hoe sluit zo’n bestuurlijke herindeling aan bij de lokale identiteit, zoals die door inwoners wordt beleefd?
Eveneens traditiegetrouw biedt de Atlas handvatten om dit vraagstuk methodisch te benaderen. Aan de hand van het voorbeeld van Zwolle zien we onder andere hoe inwoners van omliggende gemeenten meeprofiteren van Zwolse investeringen in het culturele aanbod. Maar die buurgemeenten betalen daar niet aan mee. Het laat duidelijk zien dat de schaal voor publieke voorzieningen groter is dan de gemeente Zwolle. Hetzelfde geldt natuurlijk voor de regionale arbeids- of woningmarkt. En al kan de optimale gebiedsgrootte per beleidsthema verschillen, een algehele schaalvergroting lijkt onvermijdelijk. De meeste gemeenten zijn gewoon te klein.
Atlas voor gemeenten 2012; de 50 grootste gemeenten van Nederland op 40 punten vergeleken, Gerard Marlet en Clemens van Woerkens, VOC Uitgevers Nijmegen, groot formaat paperback, 252 pagina’s, ISBN 9789079812097, €59