De bouwers lijken niet veel last te hebben van de coronacrisis. In maart werden 6.782 nieuwbouwwoningen opgeleverd en 2.469 woningen toegevoegd via transformatie en dergelijke. Ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar steeg het aantal opleveringen met 7 procent; wel liep het aantal 'overige toevoegingen' sterk terug (-33%). Dat blijkt uit gegevens van het CBS. In Amsterdam lag het aantal opleveringen in het eerste kwartaal de helft lager dan in dezelfde periode vorig jaar.
De bouwproductie in het eerste kwartaal in heel Nederland ligt ook hoger dan die van vorig jaar. Tot en met maart werden er 16.5084 nieuwe woningen in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) opgenomen. Dat is 10 procent meer dan in dezelfde periode vorig jaar. Ook het aantal 'overige toevoegingen' kwam in het eerste kwartaal op 10 procent meer uit. Traditioneel zijn er relatief weinig opleveringen in het eerste kwartaal, terwijl het vierde kwartaal piekt (zie grafiek).
In Amsterdam stemmen de cijfers somberder. Er werden in het eerste kwartaal slechts 668 woningen opgeleverd en 416 op een andere manier toegevoegd. Dat zijn meestal transformatieprojecten, waarbij bijvoorbeeld (voormalige) kantoorlocaties worden omgezet naar woningcomplexen.
Of de nieuwbouwproductie de komende maanden op hetzelfde niveau blijft, is de vraag. Cobouw meldt dat veel aannemers zeggen productieverlies te ondervinden op lopende projecten. Ze kampen vooral met de gebrekkige aanlevering van bouwmaterialen, ziekteverzuim en buitenlandse arbeidskrachten die naar huis zijn vertrokken. Kleine bedrijven hebben meer last dan grote bouwers.