Overslaan en naar de inhoud gaan

Minister De Jonge wil het corporaties aantrekkelijker maken grond aan te kopen

Image

De termijn waarbinnen woningcorporaties moeten starten met woningbouw na grondaankoop gaat van vijf naar tien jaar. Met dit voorstel wil minister De Jonge een belangrijke belemmering wegnemen voor corporaties om grond aan te kopen voor sociale woningbouw (DAEB). De Jonge: "Woningcorporaties zijn ook een belangrijke partij bij het realiseren van de ruimtelijke opgaven, vooral op het gebied van sociale woningbouw. Ze hebben daarom betere mogelijkheden nodig om grond te verwerven en te behouden."

Dit voorstel is onderdeel van een veel uitgebreider pakket om het grondbeleid te moderniseren. En onderdeel van het streven van De Jonge om de regie op de Ruimtelijke Ordening te hernemen. Zijn Kamerbrief bevat een aantal opvallende voorstellen die op de keper beschouwd vooral tot doel hebben grondprijzen te verlagen, waardoor woningbouw goedkoper en sneller kan worden gerealiseerd. Hij wil dat gemeenten eerder aan onteigeningsprocedures kunnen beginnen en gaat een verkenning doen naar een planbatenheffing: een belasting op waardestijging van de grond door bestemmingsverandering. De eventuele invoering van dit ideologisch beladen thema wordt sowieso iets voor een volgend kabinet.

Geen gebiedsontwikkeling door corporaties

Sinds de kredietcrisis en de parlementaire enquête Woningcorporaties is het grondbezit van gemeenten en corporaties flink geslonken. Corporaties hebben - vaak met verlies - grondposities afgestoten, enerzijds omdat zij moesten saneren maar ook vanwege de nieuwe Woningwet van 2015. Daarin werd het corporaties onaantrekkelijk gemaakt om aan nieuwe gebiedsontwikkeling te beginnen. Corporaties mochten alleen nog sociale woningbouw ontwikkelen en geen grondposities meer innemen tenzij er bouwplannen binnen vijf jaar waren te voorzien. De corporaties hebben mede daardoor volstrekt onvoldoende grond om de afgesproken 300.000 woningen voor 2030 te realiseren.

Een groot probleem is dat de bouwgrond de afgelopen jaren enorm in prijs is gestegen omdat (nieuwe) grondeigenaren anticipeerden op de bouw van dure koopwoningen. Soms is potentiële bouwgrond daarbij via speculatieprojecten ook nog eens enorm versnipperd. Nu veel bouwprojecten sneven vanwege gebrek aan kopers is de businesscase voor alternatieve projecten met betaalbare woningen niet rond te rekenen. Met als gevolg dat projectontwikkeling stilvalt. Er zijn subsidies om onrendabele toppen van woningprojecten op te vangen, maar minister De Jonge wil dat ook grondeigenaren een deel van de pijn nemen.

Hij ziet overigens ook een gebrek aan kennis en capaciteit bij gemeenten, provincies en waterschappen om een actief grondbeleid te voeren.