Amsterdam wijzigt haar ontwikkelstrategie. Om de groei van de stad bij te benen, verschuift de aandacht van de bouw van heel nieuwe woonwijken naar binnenstedelijke verdichting. Die ommezwaai is nodig om ruimte te houden voor bedrijventerreinen, extra vergroening en betere voorzieningen. Een interview met wethouder Reinier van Dantzig (D66) over zware industrie die niet zomaar vertrekt, gebrek aan groen in recent gebouwde wijken, een stad die ook klopt op het Osdorp- en het Buikslotermeerplein en een gemeente die samen met bewoners werkt aan betere buurten.
Reinier van Dantzig is de afgelopen tijd geconfronteerd met ruimtelijke tegenvallers. De aanwezigheid van zware industrie belemmert ambitieuze woningbouwplannen. Zo is het te duur om de milieubelastende kunstmestfabriek aan de IJ-oever in Noord te verplaatsen. Daardoor kan in een deel van nieuwbouwlocatie Haven Stad - aan de overzijde van het IJ - de komende vijftien jaar geen woningbouw plaatsvinden. En Ketjen (Albemarle Nederland), producent van katalysatoren meer oostelijk in Noord, maakte uit angst voor beperking van de bedrijfsactiviteiten in de toekomst met succes bezwaar tegen het bestemmingsplan voor het Hamerkwartier.
“In Amsterdam is er over vijftig jaar echt geen plek meer binnen de Ring voor grote industrie. Dergelijke bedrijven hebben hun langste tijd gehad, maar zijn ze er nog en we moeten dus zorgvuldig met hen omgaan. En ik heb altijd een hand uitgestoken naar Albemarle, maar uitbreiding van de activiteiten valt lastig te realiseren op die locatie.”
We komen aan hun buurt, dus willen we samen bouwen aan hun buurt
Hij houdt vertrouwen in een goede afloop voor het Hamerkwartier, waar oude bedrijvigheid de komende jaren plaatsmaakt voor een nieuwe mix van wonen en werken. “De Raad van State heeft ons op veel punten in het gelijkgesteld, maar we moeten wel beter onderbouwen hoe we omgaan met de risico’s van Ketjen.” Naar zijn smaak is de gemeente – het betreft een plan van zijn voorganger Marieke van Doorninck – bij het maken van het bestemmingsplan voor het Hamerkwartier niet te gemakzuchtig geweest.
Behoud bedrijventerreinen
Van Dantzig wil in de toekomst anders naar bedrijventerreinen kijken. “We maken een pas op de plaats met de transformatie van bedrijventerreinen. Onze bedrijven vormen een essentieel onderdeel van de stad, we hebben inmiddels een lange lijst opgesteld met terreinen die we voor de stad willen behouden en die we door intensivering beter willen benutten. Een voordeel daarbij is dat bedrijven steeds veiliger werken, waardoor woningbouw in de nabijheid vaker haalbaar is. Maar Amsterdam moet voldoende plek bieden voor mensen in praktische beroepen. Niet iedereen in de stad werkt achter een laptop. De al voorgenomen transformatie van het Hamerkwartier in Noord en het Schinkelkwartier in Zuid maken we af, maar van andere bedrijventerreinen blijven we af. En dat is echt een grote koerswijziging.”
De gemeente heeft nu nog bouwplannen tot 2031. Om het doel – 75.000 woningen toevoegen in de periode tot 2035 – te realiseren zijn dringend nieuwe locaties nodig voor de bouw van betaalbare woningen. “We kunnen verdichten in stationsgebieden en we willen meer werk maken van de meerkernige stad.” In de zoektocht naar de plekken voor de toevoeging van 20.000 woningen heeft hij een verdeling in gedachten: de ene helft kan gestalte krijgen via verbetering van de stadsdeelkernen en de andere helft kan worden gebouwd in bestaande wijken. “Het gaat dan om buurten die vijftig, zestig jaar oud zijn, plekken in Nieuw-West, Noord en Zuidoost waar inmiddels sprake is van een stevige onderhoudsopgave. Het zijn ook de plekken waar sprake is van sociale problematiek en een afnemend voorzieningenniveau en waar juist de komst van nieuwe bewoners kan bijdragen aan versterking van het draagvlak. Die plekken, wellicht is sprake van sloop/nieuwbouw, bedenken we niet van bovenaf. Met buurtambassadeurs, met mensen die hun buurt goed kennen, gaan we in gesprek om te horen waar zij behoefte aan hebben. We komen aan hun buurt, dus willen we samen bouwen aan hun buurt. Ook dat is een koerswijzing. In ‘Koers 2025’ - de ontwikkelstrategie van bijna tien jaar geleden - ging het toch vooral om kil appartementen stapelen, hoe meer hoe beter.” Bang voor afwijzing door buurten van elke verandering is hij niet. “Samen een buurt veranderen, is wel degelijk mogelijk. Het is ons ook gelukt in de Wildemanbuurt, daar heeft de gemeente samen met bewoners een stedenbouwkundig bureau uitgekozen, daar trekken we op met de Meedenkgroep en gaan we op korte termijn beginnen.”
Betere leefomgeving
De kortgeleden aangekondigde aanpak van de wijk Holendrecht in Amsterdam Zuidoost is eveneens exemplarisch voor zijn denken. Straten en pleinen worden opgeknapt, er komen nieuwe plekken voor werk en horeca en door sloop/nieuwbouw worden 107 sociale huurwoningen vervangen door 750 woningen van verschillende typen. “Het bijna vijftig jaar oude Holendrecht-West staat voor een geweldige vernieuwing. Samen met de buurt hebben we plannen opgesteld voor een groene openbare ruimte, plekken om te ontspannen en we bouwen zeshonderd nieuwe woningen. Amsterdam telt tal van dergelijke buurten die wel wat aandacht en liefde kunnen gebruiken en waar het op straat wel wat groener, fijner en veiliger mag worden. Door juist daar woningen toe te voegen, kunnen we draagvlak creëren voor een betere leefomgeving. Bovendien, de woningnood is hoog, elke nieuwe woning telt.”
Groen met een ecologische waarde, groene plekken waar kinderen kunnen spelen
Die andere tienduizend woningen moeten worden gebouwd in en bij de bestaande centra van Nieuw-West, Zuidoost en Noord. En ook de Zuidas leent zich voor een zekere verdichting. “Door groei van de bevolking wordt het steeds drukker. Door die stadsdeelcentra te versterken, door voorzieningen beter te spreiden, bouwen wij een stad met meerdere harten waar mensen zich thuis voelen.” De gemeente werkt al aan vernieuwing van het Osdorpplein in Nieuw-West met extra (betaalbare) woningen en het opknappen van de Sloterplas. “Nieuw-West is een stad op zich; de bewoners verdienen een bruisend stadscentrum en een mooi theater.” Een grote stap verwacht Van Dantzig ook te kunnen maken op en rond het Buikslotermeerplein in Noord. Met grote aantallen nieuwe woningen: 1.900 woningen in het winkelcentrum Buikslotermeerplein en 900 woningen aan een nieuw Centrumplein ten oosten van de beginhalte van Noord/Zuid-lijn. “We zetten een grote stap om van het Buikslotermeerplein en de ruimte er omheen, nu nog vaak alleen in gebruik om te parkeren, een groene stadskern te maken.”
Groenere stad
Bij het Amsterdam van de toekomst hoort tot zijn stellige overtuiging een groenere stad. Van Dantzig bekritiseert de uitvoering van tamelijk recente bouwplannen. “De plannen uit ‘Koers 2025’ hebben ons wel veel woningen opgeleverd, woningen waar ik ontzettend blij mee ben, maar die buurten zijn niet zo groen en wel stenig. Het is er lang niet altijd gezellig, terwijl een fijne buurt eraan moet bijdragen dat de bewoners zich Amsterdammer voelen.” Hij verwijst onder meer naar de herontwikkeling van Oostenburg door Stadgenoot en het Rijksvastgoedbedrijf. “Het levert ons mooie woningen op een prachtige locatie op, maar zo’n buurt is te stenig. Toen was dat wellicht het beste idee, maar de samenleving is in beweging. We willen het nu groener, gebaseerd op plannen uitgedacht samen met Amsterdammers.”
Begin juni keerde een meerderheid zich tegen de door Van Dantzig ontwikkelde bijstelling van de gemeentelijke hoofdgroenstructuur. Volgens de wethouder garandeert die nieuwe hoofdgroenstructuur een groenere toekomst maar de tegenstemmers hebben weinig vertrouwen in de plannen van de gemeente, juist omdat verdichting van de bestaande stad kan leiden tot verlies van groen. Zij hebben niet het vertrouwen dat na extra woningbouw daadwerkelijk sprake zal zijn van voldoende natuurcompensatie. “We hebben in stadsdelen als Nieuw-West en Zuidoost ook veel niet geactiveerd groen, groenstroken van geringe waarde. We willen naar groen met een ecologische waarde, groene plekken waar kinderen kunnen spelen. We kunnen de verdichting van die buurten juist gebruiken om te investeren in vergroening. Verdichting doen we ook om onze scheggen en buitengebieden te behouden. Het referendum is aangestuurd door de Partij voor de Dieren; zij willen minder woningen, dan blijft er meer groen over om te spelen. Tegen hen zeg ik: je geniet meer van het park als je thuis op de bank kunt zitten, dan dat je in het park op een bankje moet slapen.”