Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Eerste verdieping
Interview wethouder Julius Lindenbergh: “Meer regie nodig om productie te verdubbelen”
Ook in Almere heeft woonstarter het moeilijk

Woonstarter in de knelHet is niet meer vanzelfsprekend dat een politieman of leraar in Almere een eengezinswoning kan kopen. Almere wil dit decennium de woningproductie verdubbelen om de groeiende woningnood het hoofd te bieden. In tien jaar 25.000 woningen, aldus de Woonvisie 2020-2030. Om die productie te realiseren wordt afscheid genomen van het organische ontwikkelingsmodel. Wethouder Lindenbergh: “De huidige krappe woningmarkt vraagt om meer regie.”

Julius Lindenbergh, wethouder Financiën, Wonen, Sport, Mobiliteit en Dienstverlening, in de wijk Nobelhorst. Daar worden dit decennium nog ruim 3.000 woningen gebouwd.

Julius Lindenbergh, wethouder Financiën, Wonen, Sport, Mobiliteit en Dienstverlening, in de wijk Nobelhorst. Daar worden dit decennium nog ruim 3.000 woningen gebouwd.

 

Ook Almere worstelt met zijn woonstarters: jonge Almeerders die maar geen eerste eigen woning vinden. Maar ook gezinnen die een betaalbaar huis met tuin zoeken, vissen in de polderstad steeds vaker achter het net. Wethouder Wonen Julius Lindenbergh: “Het is in deze markt te moeilijk om een betaalbaar huis te vinden. Door het woningtekort stijgen prijzen steeds verder. Woonstarters hebben ook nog eens een enorm nadeel ten opzichte van doorstromers. Aan dat probleem willen we wat doen. We gaan meer bouwen, voor alle doelgroepen.”
De gewijzigde inzichten zijn vastgelegd in de Woonvisie 2020-2030 en uitgewerkt in het Woningbouwprogramma 2021-2024.

Meer regie

Het college wil de woningproductie verdubbelen. Dat vereist volgens Lindenbergh een andere aanpak, meer regie. Zelfbouw en organische ontwikkeling, voorheen de paradepaardjes van Almere, worden nauwelijks nog benoemd in het Woningbouwprogramma. Is de conclusie dat projectmatige bouw noodzakelijk is om een ‘schaalsprong’ te maken?
Lindenbergh: “Zelfbouw komt in de woonvisie wel terug als punt waar we trots op zijn. Het heeft geleid tot een stad van initiatief en veel ruimtelijke variatie en kwaliteit. De zelfbouwontwikkeling gaat gewoon door. Maar ons bouwtempo is te laag geweest, er is niet genoeg gestuurd. Het credo was altijd organische groei. We willen dat nu meer gaan combineren, zonder dat dit tot verlies van de Almeerse woonkwaliteit gaat. We willen intensiever samenwerken met marktpartijen. Onder andere door een Stadsakkoord Versnelling Woningbouw te sluiten, enigszins naar het model in Zwolle. Daarin scheppen we nu al duidelijkheid wat en waar we het komende decennium willen bouwen. Door daarnaast een goede setting te creëren om barrières tijdig te delen, verwachten we meer vaart te kunnen maken. Niet om fantasieloos wijken uit de grond te stampen. We willen ontwikkelaars uitdagen steeds met het beste plan voor een locatie te komen. Je ziet aan een gebied als DUIN dat dit goed kan uitpakken. En het concept van Nobelhorst is eerder ook al grotendeels in samenwerking met één partij ontwikkeld.”

De lucht in

Almere wil dit decennium 10.000 woningen voor middeninkomens bijbouwen, waarvan 70 procent in de koopsector. Worden dat vooral appartementen om het betaalbaar te houden?
Lindenbergh: “Daar zullen zeker de eerste jaren veel appartementen bijzitten. Gedeeltelijk komt dat door wat ontwikkelaars aanbieden, maar het wordt ook bepaald door waar we gaan bouwen. We blijven een laagbouwstad, maar op een paar specifieke plekken gaan we het komende decennium echt de lucht in. Daar voegen we een hoogstedelijk woonmilieu toe dat we nu nog niet hebben. Dat zal naar mijn verwachting geen blijvende trendbreuk blijken, maar meer een anomalie in de geschiedenis van Almere. Door nu in het stadscentrum en bij de stations te verdichten, kunnen we op andere plekken, zoals Nobelhorst en Noorderplassen, juist veel woningen met tuin blijven realiseren.“
Vastgestelde prioriteiten van het college zijn - naast de stedelijke vernieuwing in Almere Haven en Buiten - de ontwikkeling van het centrum en het afmaken van  de stadsdelen Poort en Hout. Op andere plekken maakt de stad de komende jaren even pas op de plaats zodat er meer focus is op de versnellingsopgave.
De VVD-wethouder wil zich niet afzetten tegen zijn vele PvdA-voorgangers. “Die hebben met de beste intenties dingen gedaan. Er zijn unieke woonmilieus gecreëerd. En we blijven een stad met experimenten. De zelfbouw in Nobelhorst en Oosterwold gaat ook gewoon door. Maar de discussies in de gemeente zijn het afgelopen decennium te veel blijven hangen in percentages, in meer of minder sociale woningbouw. In het coalitieakkoord hebben we nu een middenweg gevonden. Wat ons bindt, is dat we allemaal meer woningen willen bouwen. De afdronk zal over tien jaar volgens mij niet zijn dat er VVD-beleid is gevoerd, maar dat er dankzij een pragmatischer aanpak veel van de grond is gekomen.”

Lagere- en middeninkomens in de knel

Lindenbergh wijst er daarbij op dat hij te maken heeft met heel andere marktomstandigheden dan zijn voorgangers. Almere was lang een stad waar huishoudens met een kleine portemonnee een eengezinswoning konden kopen. Dat is niet meer het geval. “Wachttijden voor een sociale huurwoningen liggen boven de acht jaar, tenzij je geluk hebt met loten”. En de prijzen voor koopwoningen zijn dan wel lager dan in andere delen van de Amsterdamse regio, maar er is inmiddels wel een stevig middeninkomen nodig om in te stappen.
“Het wordt ook steeds moeilijker om een eengezinswoning onder de drie ton te bouwen. Dus meer inwoners zijn aangewezen op huur. We werken wel aan een actieplan betaalbaarheid waarin we ook onderzoeken in hoeverre we betaalbare koopwoningen aan kunnen bieden zonder veel op woonkwaliteit in te leveren. We kijken daarbij naar financiële arrangementen zoals eerder ‘IkBouwBetaalbaarinAlmere’ (IBBA), naar erfpachtconstructies en naar korting op grondprijs. Dat onderzoeken we, maar het is best lastig. En je wilt ook voorkomen dat alleen de eerste koper profiteert en het daarna een dure woning wordt.”

Woningcorporaties

In het woningbouwprogramma staat de bouw van 8.500 woningen voor lagere inkomens ingepland. Dat zullen voornamelijk sociale huurwoningen zijn; grote aantallen voor Almere. Kunnen de hier actieve corporaties dat wel aan?
“We hebben hier drie corporaties met veel bezit - GoedeStede, de Alliantie en Ymere. Zij hebben aangegeven deze opgave aan te kunnen als het met de verhuurderheffing de goede kant opgaat. Daarnaast gaat ook DudokWonen een bijdrage leveren. Dat geeft ons bij elkaar het vertrouwen dat we die aantallen kunnen realiseren.” Overigens staat ook studentenhuisvester DUWO nog in de coulissen. De gemeenteraad besluit binnenkort over de bouw van een studentencampus.

Pampus niet zonder IJmeerlijn

Almere Pampus is door landelijke politici, onder wie Lindenberghs partijgenoot Daniel Koerhuis, als voorbeeld genoemd van een uitleglocatie waar zo tienduizenden woningen kunnen worden gebouwd. Maar de huidige wethouder houdt hetzelfde voorbehoud als zijn voorgangers: eerst garanties over de aanleg van voldoende infrastructuur.
Lindenbergh: “Dat is niet veranderd. Als de infrastructuur niet goed geregeld is, gaat Pampus niet door. Aanleg van een IJmeerlijn is essentieel, maar niet het enige. We kunnen het Almeerders ook niet aandoen dat ze straks met hun auto opnieuw vast staan bij de Hollandse Brug. En we willen onze huidige excellente vervoersvoorzieningen voor auto, fiets en OV vasthouden in het nieuwe stadsdeel. Ten slotte moeten ook voorzieningen voor werkgelegenheid, onderwijs en cultuur meegroeien. Al die infrastructuur hoeft niet klaar te zijn voor we de spa in de grond steken. Maar we moeten wel de garantie hebben dat ze er komen.”

 

IJmeerlijn

IJmeerlijn - Bron: Urhahn Stedenbouw & Strategie. Perspectief Oostflank MRA - Amsterdam Bay Area (klik voor vergroting)
Fred van der Molen