De Noordelijke IJ-oever
“In Amsterdam-Noord zijn de laatste jaren weinig woningen gebouwd”, schreven we in november 2002. Enkele weken later sneuvelde het college en vervolgens het superambitieuze ontwikkelingsprogramma Panorama-Noord. Veel plannen, weinig uitvoering, dat leek eens te meer het lot van Noord. We kunnen anno 2005 wederom schrijven dat er de laatste jaren in Noord weinig woningen zijn gebouwd, tenminste voor zo’n groot stadsdeel. Van de duizenden nieuwbouwwoningen die voor deze jaren in de planningen stonden zijn er hoogstens een paar honderd gebouwd.
Toch is er wat veranderd. De politieke cultuur van ‘splendid isolation’ heeft Noord achter zich gelaten. Het samenwerkingsverband met de centrale stad onder de vlag van ‘Noordwaarts‘ is een goed voorbeeld van modern besturen waarbij stadsdeel en centrale diensten effectief hun kennis, middelen en menskracht bundelen. En er wordt gebouwd. Een aantal grote bouwprogramma’s is inmiddels gestart, waaronder die in De Bongerd en de herstructurering van Nieuwendam-Noord. En ook de besluitvorming rond de Noordelijke IJ-oever is nu zover dat we met zekerheid kunnen wachten op een derde leven: ooit ingepolderd voor landbouw, later ingepalmd door fabrieken en scheepswerven. Straks de plek van spectaculaire woningbouw, woon/werk-gebieden en kunst- en cultuurzones. Noord krijgt een open waterfront naar de rest van de stad met hoogbouw en residentiële woningen op het Shell-terrein en een culturele topper in het Filmmuseum pal aan het IJ. Het masterplan dat Riek Bakker maakte, richtte zich op de hele Noordelijke IJ-oever. In dit nummer analyseren we de voortgang bij drie deelgebieden waar de activiteiten zich momenteel concentreren: het Shell-terrein, de NDSM-werf en de Buiksloterham.
Fred van der Molen
Hoofdredacteur
fred@nul20.nl