Het aandeel buitenlandse studenten is de afgelopen jaren onevenredig toegenomen. De nadelen daarvan, onder andere voor de woningsector, worden steeds duidelijker. Universiteiten zeggen de toestroom wel af te willen remmen, maar stellen dat alleen Den Haag daarvoor de gereedschappen kan leveren. Minister Dijkgraaf heeft inmiddels toegezegd dat hij daar volgend jaar mee komt.
74 bacheloropleidingen waarvan 28 met voertaal Engels 251 masteropleidingen waarvan 180 met voertaal Engels |
Vijftien jaar geleden werden universiteiten en hogescholen vanuit de landelijke politiek opgeroepen meer te doen aan internationalisering om de innovatie- en kenniseconomie een boost te geven. Veel vakgroepen zagen zelf overigens ook voordelen, al was het maar om hun studentenpopulatie op peil te houden dan wel te laten groeien.
Wervingscampagnes en een exploderend aanbod aan Engelstalige opleidingen wierpen vervolgens hun vruchten af: inmiddels komt bijna 15 procent van de studentenpopulatie uit het buitenland (peildatum 31-12-2021). De grootste groep komt uit landen van binnen de EU en dan met name uit Duitsland en Spanje. Van buiten de EU zijn het vooral studenten uit China en India.
In de komende zeven jaar wordt een groei van 34 procent van de internationale diplomastudenten verwacht ten opzichte van een groei van 8 procent van Nederlandse studenten.
Inmiddels legt die toestroom van internationale studenten niet alleen extra druk op de woningmarkt, maar ook op de kwaliteit van het onderwijs en de kansen van Nederlandse studenten. Europese studenten hebben wettelijk dezelfde rechten als Nederlandse. Vijf jaar geleden trokken de Amsterdamse onderwijsinstellingen dan ook aan de bel bij het ministerie met de vraag om gereedschappen om het aantal internationale studenten te kunnen sturen. Tot nu toe kregen ze nul op het rekest. Maar in september volgde een koerswijziging. In het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting 2022-2030 stond de aankondiging dat minister Dijkgraaf begin volgend jaar met instrumenten komt waarmee onderwijsinstellingen de instroom kunnen sturen. Welke dat zijn is nog onduidelijk.
Minder Engelstalig?
Amsterdam is bij uitstek populair. De Universiteit Amsterdam bood vorig jaar onderwijs aan ruim 41.000 studenten waarvan ongeveer 30 procent uit het buitenland. Woordvoerder Annelies van Dijk noemt het ‘balen’ dat minister Dijkgraaf eerder de Wet Taal en Toegankelijkheid waarmee sturing van de instroom wettelijk geregeld kon worden on hold zette, al was er volgens haar wel wat op af te dingen. Van Dijk: “In die wet is bijvoorbeeld opgenomen dat er een rem mag worden gezet op de Engelstalige tracks van opleidingen. Maar zo’n numerus fixus treft ook de vele Nederlandse studenten die een Engelstalige opleiding willen volgen.”
Toch lijkt het aanbieden van twee ‘tracks’ waarvan één Nederlandstalige een relatief eenvoudige manier om de kansen voor Nederlandse studenten te vergroten zonder bestaande wetgeving te overtreden. Daar is nog een andere goede reden voor. Ingmar Visser, onderwijsdirecteur en docent aan de faculteit psychologie, waarschuwde eerder in Het Parool dat de Nederlandse gezondheidszorg in de knel komt: “Een deel van het beroepenveld is gekoppeld aan Nederland. Je hebt mensen nodig die klinische psychologie in het Nederlands kunnen praktiseren.” Om die reden is de studierichting Pedagogiek bij de UvA wel grotendeels Nederlandstalig gebleven. Van de 517 eerstejaarsstudenten psychologie bij de UvA kwamen er vorig jaar 363 uit het buitenland; bij Pedagogiek een zeer klein aantal.
Overigens heeft minister Dijkgraaf bij de presentatie van het Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting op 8 september toegezegd dat hij begin volgend jaar met instrumenten komt waarmee onderwijsinstellingen de internationale instroom kunnen begrenzen.
Van Dijk benadrukte eerder tegen NUL20 dat de UvA geen ambitie heeft verder te groeien. “Inmiddels hebben we de grens wel bereikt maar het einde van de groei is nog niet in zicht.”
Studentenhuisvesters
Buitenlandse studenten vinden huisvesting via commerciële partijen als Student Experience en The Student Hotel, andere particuliere aanbieders en studentenhuisvesters als DUWO en Lieven de Key. Beide woningcorporaties stellen de VU en UvA jaarlijks wooneenheden voor internationale studenten beschikbaar, voor de UvA zijn dat er zo’n drieduizend, waarvan zeshonderd voor de HvA. Die worden via loting verdeeld. Maar daarvoor waren dit jaar al 4.600 aanmeldingen. Van Dijk: “De afgelopen jaren hadden we een aantal noodopvanglocaties achter de hand zoals vakantiehuisjes en ‘kamers’ in de leegstaande Bijlmerbajes. Maar dat soort locaties zijn nu niet beschikbaar, ook al omdat de toeristen weer terug zijn.”
Met wervingscampagnes zijn de onderwijsinstellingen jaren terug al gestopt. En sinds dit voorjaar worden internationale studenten na hun aanmelding gewaarschuwd om vooral niet naar Amsterdam te komen wanneer ze geen huisvesting hebben geregeld.
Of dit werkt is nog niet duidelijk. Pas in oktober is bekend hoeveel nieuwe studenten zich uiteindelijk hebben ingeschreven voor dit studiejaar.
‘No room for us’
Ook studentenvakbond ASVA wordt overstelpt met vragen van met name internationale studenten over woonruimte. Woordvoerder Job Vermaas: “Op onze website staan allerlei links naar bureaus voor kamerbemiddeling, maar het aanbod is lang niet voldoende. Ook wij adviseren studenten inmiddels om niet naar Amsterdam te komen zolang ze geen woonruimte hebben.”
Volgens Vermaas moeten de universiteiten de groei een halt toeroepen. Verder moet er veel meer permanente huisvesting worden gerealiseerd. Daar ligt ook een verantwoordelijk voor de onderwijsinstellingen. Vermaas benadrukt dat er structurele oplossingen moeten komen. “Het afgelopen decennium is er relatief veel tijdelijke studentenhuisvesting gerealiseerd.”
De ASVA kan studenten soms uit de brand helpen. Zo worden er plekken in hostels van Stayokay geregeld zodat ze niet op straat komen te staan. Vermaas: “Ook hebben we samen met de studentenbond van de VU de website No room for us opgezet. Daarmee koppelen we woningzoekende studenten met mensen die een kamer of desnoods als noodoplossing een bank vrij hebben. We maken daarvoor reclame via buurtkrantjes. Verder geven we anti-leegstandsubsidie; studenten die willen kraken krijgen honderd euro om een al langer leegstaand pand een beetje leefbaar te maken.”
Buitenlandse studenten hebben niet alleen last van de krappe woningmarkt; ze ervaren ook vaak discriminatie. Bovendien worden ze vaker het slachtoffer van malafide huisbazen. De Spaanse Camila studeerde vorig jaar sociale wetenschappen aan de UvA. In september 2021 vond ze met moeite een kamer van tien vierkante meter in Amsterdam voor vijfhonderd euro per maand. Afgelopen april kreeg ze ineens te horen dat haar huurcontract niet werd verlengd. Camila: “Ik kon niet blijven omdat de woning werd gerenoveerd. Ik moest er per direct uit en kreeg mijn borg van vijfhonderd euro niet terug; ik had geen poot om op te staan. Met veel moeite heb ik voor de laatste maand een kamer in Utrecht gevonden en heb mijn eerste jaar in elk geval kunnen afronden.” Camila keerde voor de zomermaanden naar Spanje terug. Ze speurde vanaf daar dagelijks alle websites af naar woonruimte in Amsterdam. “Met de Facebookgroepen ben ik gestopt want daar kreeg ik voortdurend seksuele toespelingen en verzoeken om foto’s van mezelf. En wanneer ik reageerde via de officiële websites kreeg ik meestal geen antwoord.” Volgens de studente wordt er openlijk gediscrimineerd door zowel officiële agentschappen als medestudenten die een kamergenoot zoeken. “Ze zetten in hun advertenties expliciet dat ze geen buitenlandse studenten willen. Of er staat ‘alleen voor Nederlands sprekenden’.” Camila vindt dit allemaal zeer frustrerend en stressvol. “Ik wil plannen kunnen maken voor de toekomst maar dat is op deze manier onmogelijk. Ik wil dolgraag mijn studie afronden aan de UvA. Ik zit nu voorlopig in een hostel en zoek van daaruit verder. Als ik nu opgeef ben ik een heel studiejaar én veel geld kwijt.” |
Een derde kamers naar internationale studenten
Volgens een rapport van Kences, het kenniscentrum van studentenhuisvesters, was het kamertekort vorig jaar in Amsterdam al opgelopen tot ruim vijfduizend.
Studentenhuisvester DUWO merkt dat de woningnood onder buitenlandse studenten verder oploopt. Woordvoerder Gijsbert Mul: “We krijgen steeds meer verzoeken van onderwijsinstellingen voor extra kamers. Ook zien we de afgelopen jaren het aantal aanmeldingen van internationale studenten op de site Room.nl toenemen.”
Het beleid van Lieven de Key en DUWO is om maximaal een derde van hun woningen aan buitenlandse studenten te verhuren. DUWO heeft sinds kort iets bedacht om deze doelgroep op weg te helpen aan het begin van het studiejaar. Mul: “Studenten die voor langer dan een jaar naar Nederland komen, kunnen van juni tot en met september voorrang krijgen op tijdelijke woonruimte. De gedachte daarachter is om die groep in die periode de tijd te geven om woonruimte te zoeken voor de rest van hun studiejaar.”
De sociale huisvester streeft naar een eerlijke balans tussen de doelgroepen. Mul: “Daar wordt rekening mee gehouden bij elk nieuw project dat we realiseren. We vinden het terecht dat een zekere voorrang wordt gegeven aan internationale studenten omdat huisvesting letterlijk de toegangspoort is tot de opleiding. We hebben echter ook een verplichting richting Nederlandse studenten, zowel uit de Amsterdamse regio als elders in het land.
Aditi Bhangale uit India startte onlangs haar tweede jaar Pedagogiek aan de UvA. Voor het eerste studiejaar had ze een woning via het huisvestingsprogramma van de universiteit. Maar dat is altijd voor één jaar. Het contract liep 15 augustus af. “Ik heb heel veel geluk gehad: ik vond al vrij snel via Facebook een kamer in stadsdeel Zuidoost. Ik deel daar een appartement met drie andere studenten.” Haar nieuwe huurcontract ging al op 1 juli in. “Dat betekende dat ik twee maanden dubbele huur moest betalen maar dat had ik er graag voor over. Ik heb echt in angst gezeten of ik wel op tijd een kamer zou vinden want momenteel is dat bijna onmogelijk.” Bhangale betaalt nu zeshonderd euro kale huur per maand. “Dat is veel geld maar het is niet anders. En ook als het me niet gelukt was om op tijd woonruimte te vinden, was ik toch hier gebleven. Dan had ik een kamer in een hostel gezocht. Ik wil echt heel graag in Amsterdam blijven en ga als het aan mij ligt ook promoveren bij de UvA.” Volgens Bhangale wordt het steeds lastiger om woonruimte te vinden en dat komt volgens haar niet alleen door de wooncrisis. “Op Facebook staat vaak een opmerking dat internationale studenten niet hoeven te reageren. En op officiële sites van bijvoorbeeld makelaars wordt vaak aangegeven dat studenten in het algemeen niet welkom zijn. Het is raar dat dat zomaar mag.” |
Op 8 september presenteerde het kabinet samen met andere partijen het Landelijk actieplan studentenhuisvesting 2022-2030. Met dit actieplan willen de partijen 60.000 betaalbare studentenwoningen toevoegen in acht jaar. Welke invloed dat heeft op bouwplannen in de regio Amsterdam is nog niet bekend. Een eerdere inventarisatie van NUL20 leverde dit op: Lieven de Key heeft de afgelopen jaren duizenden tijdelijke en permanente studentenwoningen opgeleverd. Deze 4.500 permanente studenten/jongerenwoningen zijn nog in aanbouw of in ontwikkeling:
DUWO kreeg een grote tegenslag toen de Raad van State een streep zette door de uitbreiding van Uilenstede met 1.500 wooneenheden op het bedrijventerrein Kronenburg. Het enige grote bouwplan van DUWO in Amsterdam is in de nieuwbouwwijk Sluisbuurt met 770 wooneenheden (vermoedelijke bouwstart eind dit jaar). Kleinere initiatieven zijn er op de Zuidas en Zeeburgerpad. Verder zoekt DUWO het (noodgedwongen) buiten Amsterdam, zoals in:
|
Bij wie huren studenten? | 21-'22 |
Particuliere verhuur | 46% |
Kences-studentenhuisvesters | 22% |
Andere corporatie | 18% |
Informeel | 10% |
Koop | 4% |
Bron: Kences LMS 2022
|