Met kleine aanpassingen in gedrag en woning kun je al gauw tussen de 50 en 200 euro besparen aan energiekosten. Toch staan veel huishoudens daar niet bij stil, ook niet de armste bevolkingsgroepen. Een energiecoach kan het verschil maken. Want de boodschap komt vaak beter over als je die van de buren hoort.
TRIME is een Europees project met energiecoaches. In zeven pilotgebieden in Europa krijgen geselecteerde bewoners een opleiding over hoe je energiegebruik terug kunt brengen en tegelijk comfortabeler kunt wonen. “Achterliggend idee is dat bewoners het liever van de buren horen, dan van een grote, anonieme organisatie,” vertelt Arjen Meijer (OTB, TU Delft). “We denken op deze manier het draagvlak flink te vergroten.” Zijn organisatie is betrokken bij het begeleidende onderzoek en de monitoring van het energiegebruik. In Nederland nemen twee corporaties deel: Eigen Haard (regio Amsterdam) en Havensteder (Rotterdam). Eigen Haard heeft daarvoor twee sterk uitlopende wooncomplexen uitgekozen, de energiezuinige nieuwbouw van Stadstuin Overtoom en een complex op het IJplein in Amsterdam-Noord. De bewoners krijgen via energiecoaches voorlichting over energiegebruik en besparing, en worden gestimuleerd energiezuinige apparaten aan te schaffen. Hun energiegebruik wordt gedurende drie jaar gevolgd. Het project startte in september en wordt voor driekwart betaald door Brussel. |
Bij energiebesparing gaan milieudoelstellingen en het terugdringen van woonlasten hand in hand. Toch denken veel mensen nauwelijks na over hun energiegebruik. Het klinkt logisch dat je energierekening daalt als je de tv niet de hele dag aanzet, alleen volle wasmachines draait en niet alle kamers van je huis de hele dag verwarmt. Toch lijkt dat besef maar met moeite door te dringen, ook bij de armste bevolkingsgroepen.
Om juist die groepen te bereiken, zijn overheden en corporaties jaren terug gestart met de inzet van zogeheten energiecoaches: vrijwilligers die na een korte opleiding hun kennis delen met wijkgenoten. Het contact kan tot stand komen via een ‘tupperware party’, een bijeenkomst in een buurtcentrum, een huisbezoek of bij een ‘energiespreekuur’. Het achterliggende idee is steeds dat de boodschap beter overkomt als bewoners het van hun buren horen in plaats van een anonieme organisatie of via een Postbus 51-spotje.
De afgelopen jaren zijn in de regio Amsterdam via deze aanpak tal van acties gehouden. Een vroege voorloper was in 2007 het project Step2Save waarbij duizenden Amsterdammers een ‘Energiebox’ kregen uitgereikt van een ‘energieconsulent’. Die overhandigde tijdens een huisbezoek niet alleen de doos met besparingsgadgets, maar nam gelijk ook een lange lijst met tips door. Deze consulenten waren nog voormalige langdurig werklozen met salaris, bij latere projecten werd overgestapt op vrijwilligers in de wijk.
Besparen met de buren
In tal van ‘krachtwijken’ zijn in het kader van de Wijkaanpak projecten met energiecoaches uitgerold. Bijvoorbeeld in Poelenburg in Zaandam. Een van de grotere programma’s in dit kader was ‘Besparen met de Buren’, een concept van Twinstone en het Amsterdams Steunpunt Wonen (ASW). De eerste Amsterdamse variant daarvan startte in 2013 in de Van der Pekbuurt en werd gefinancierd door de gemeente, stadsdeel Noord en Ymere. Daarbij werd een nieuwe component toegevoegd: de klussende buurtbewoner die een wijkbewoner helpt met het bevestigen van tochtstrip, brievenbusborstel, radiatorfolie, waterbespaarder of dorpel onder de voordeur. In honderden woningen werden zo kleine aanpassingen aangebracht, met als bijkomend winstpunt dat buurtbewoners elkaar eens ontmoetten.
Aleida Verheus van het ASW: “Het gaat ons om het voorkomen van nodeloos energiegebruik. Veel mensen wijzen naar de huisbaas, omdat bijvoorbeeld de woning slecht is geïsoleerd. Maar ze hebben vaak niet in de gaten dat ze zelf ook van alles kunnen doen. En dat dat aardig wat kan opleveren.” Met kleine aanpassingen in gedrag en woning zou op jaarbasis al tussen de 50 en 200 euro bespaard kunnen worden.
Het programma Besparen met de Buren kreeg een vervolg in de IJ-plein-/Vogelbuurt in Noord en dit jaar in Slotermeer. Vaste elementen van Besparen met de Buren zijn de ‘energiespreekuren’ waar energiecoaches buurtbewoners een persoonlijk advies geven, groepsvoorlichting, een bespaarbox en de handige buurtbewoner die helpt bij het aanbrengen van energiebesparende oplossingen.
Volgens Verheus maakt juist die combinatie van voorlichting en klushulp Besparen bij de Buren succesvol. “Dat werkt, het is direct tastbaar en maakt mensen blij.”
Lease-wasmachine
Woningcorporatie Eigen Haard leidt sinds een jaar zelf energiecoaches op. “Wij maken ons zorgen over de betaalbaarheid van het wonen”, licht Debby Beitsma, adviseur strategie, toe. “Dus denken we na over manieren hoe we de woonlasten van huurders kunnen terugbrengen. Zo ontwikkelen we nu samen met een witgoedleverancier een programma waarbij huurders energiezuinige apparaten kunnen leasen. Maar het begint natuurlijk met bewustwording en gedragsverandering. Daarom zijn we ruim een jaar geleden ook gestart met de opleiding van energiecoaches. Die vrijwilligers werven we via onze netwerken in de wijken. Dat zijn heel betrokken mensen die vanuit eigen ervaring hebben gezien dat je veel kunt besparen. We rusten ze uit met een koffer met voorbeelden van energiezuinige producten, maar we delen geen cadeautjes uit. Daar doen we ook bij het TRIME-project niet aan.”
TRIME is een net gestart Europees project waarin Eigen Haard participeert. Daarin wordt de aanpak met energiecoaches in zeven Europese gebieden uitgerold, waarbij het energiegebruik van de deelnemers minutieus wordt gemonitord (Zie kader).
Ook Woonstichting De Key is dit jaar gestart met het opleiden van huurders tot Energiecoach. Tien vrijwilligers volgden inmiddels de cursus bij het ASW en gaan nu aan de slag.
Gemotiveerd houden
De kracht maar ook de kwetsbaarheid van deze projecten zit hem in de energiecoaches. Het werven, opleiden en gemotiveerd houden van de vrijwilligers is een vak apart. Verheus van het ASW heeft er inmiddels veel ervaring mee: “Het zijn vrijwilligers. Onderling zeer verschillend, maar allemaal zelf zeer geïnteresseerd in energiebesparing. Ze vinden de opleiding leuk, maar daarna moeten ze aan de slag. Daarbij moet je ze wel helpen, faciliteren en gemotiveerd houden. Zeker als het aanvankelijk tegenvalt om bij mensen binnen te komen.”
“Dat is wel een valkuil,” bevestigt ook Beitsma van Eigen Haard. “Je moet vrijwilligers wel blijven koesteren. Wij brengen nieuwe coaches via terugkomdagen in contact met oudgedienden. We lichten de goede voorbeelden en ervaringen eruit. Dat soort dingen.”
“Je hebt inderdaad een paar boegbeelden nodig,” stelt ook Ron Huisman van De Key vast: “We bevinden ons nog altijd in een startfase. We hebben een aantal goede vrijwilligers gevonden en opgeleid. Ze hebben de bagage en het enthousiasme. Maar we merken dat het voor de vrijwilligers niet meevalt om de boer op te gaan. We beseffen dat we er via ons netwerk beweging in moeten krijgen.”
Resultaten
Naast alle observaties van organisatoren, kwalitatieve evaluaties en positieve reacties van wijkbewoners, groeit na een aantal jaar de behoefte aan harde cijfers: in welke mate hebben de interventies daadwerkelijk invloed op het energiegebruik én beklijft dat effect ook.
Het TRIME-onderzoek kan daar over enkele jaren gedetailleerde uitspraken over doen. Maar een organisatie die al sinds 1996 het effect van gedragsbeïnvloeding op energieverbruik onderzoekt, is het Amsterdamse IVAM. Hoewel onderzoeker Jan Uitzinger van het bureau start met het opsommen van de vele wetenschappelijke beperkingen waarmee hij bij dit soort resultaatmetingen vaak wordt geconfronteerd - te laat ingeschakeld voor de nulmeting, privacy-restricties enzovoort, enzovoort - durft hij de conclusie wel aan dat grosso modo bij Besparen bij de Buren-achtige programma’s energiebesparingen zijn te verwachten van zo’n 5 procent door gedrag en 9 procent door overstap naar energiezuinige apparatuur en oplossingen. IVAM heeft in andere projecten kunnen vaststellen dat ook ruim na de interventie het energiegebruik lager is gebleven. Het beklijft dus. Op dit moment legt IVAM de laatste hand aan een resultaatmeting van het programma in de Van der Pekbuurt.